Drie dagen Yangon zijn voorbij in een vloek en een zucht. Hoewel Yangon tegenwoordig niet meer de hoofdstad in van Myanmar, is het wel de grootste stad van het land met alle ‘hustle and bustle’ die daarbij horen.
Sinds 2005 is Naypyidaw de officiële hoofdstad, maar als zodanig wordt zij tot op heden niet erkend door de V.S. en België. Waarom een hoofdstad verplaatsen, vraag je je af? De verantwoordelijke Birmese generaal (aan de macht van 1992-2011) had indertijd zijn naam al veranderd in Than Shwe, hetgeen ‘miljoenen goud’ betekent. Met het verhuizen van de hoofdstad wilde hij nog meer aanzien verwerven. Hij wilde niet onderdoen voor andere koninklijke heersers die op deze manier een nieuwe machtszetel en politiek charisma op wilden bouwen. Nay Pyi Daw betekent dan ook letterlijk ‘zetel der koningen’. Wat een honger naar macht en glorie al teweeg kan brengen, nietwaar?
Shwedagon Pagode – RK
Wij laten de nieuwe hoofdstad voor wat hij is en duiken onder in het bruisende Yangon. Volgens het web zijn er een aantal bezienswaardigheden die we beslist moeten zien. Met stip bovenaan is dat natuurlijk de Shwedagon Pagoda, een schitterende en één van de belangrijkste Boeddhistische bedevaartoorden, waarin de 98 meter hoge centrale pagode de absolute blikvanger is. Het verhaal gaat dat 2600 jaar geleden, ten tijden dat prins Siddhartha in India Boeddha was geworden, hij van twee Birmaanse kooplui wat honing kreeg aangeboden. Als dank trok de nieuwe Boeddha acht haren uit zijn hoofd zodat deze in het geboortedorp van de kooplui in een altaar konden worden geplaatst. De kooplui (broers) brachten de haren naar hun koning, de koning van Okkalapa (het huidige Yangon), die op zijn beurt onmiddellijk overging tot de bouw van een pagode waarin deze acht haren, in een gouden kistje, een plaats kregen naast de relikwieën van drie eerdere Boeddha’s. Dat hier overblijfselen van vier verschillende Boeddha’s bewaard worden, maakt deze tempel zo bijzonder.
Naast monniken ook veel nonnen – RK
De oorspronkelijke pagoda of stoepa was (maar) 9 meter hoog. De eerste buitenlandse bezoeker na de bouw, de Indiase keizer Ashoka (268-232 BC), trof echter geen mooie hommage aan het Boeddhisme aan, maar een overgroeide en verwaarloosde ruïne. Hij besloot daarom deze grondig op te knappen. In 1469 verhoogde koningin Shinsawbu de stoepa tot 90 meter en bovendien schonk ze haar gewicht in goud (40 kg) om het bouwsel te vergulden. Haar schoonzoon ging nog een stapje verder en schonk vier keer zijn eigen gewicht plus dat van zijn vrouw in goud. Vanaf die tijd wedijverden opeenvolgende koningen met elkaar door de pagode, na aardbevingen of andere calamiteiten, telkens opnieuw te herbouwen en te vergulden. Het eindresultaat is een pagode die meer dan tien zo hoog is als de oorspronkelijke. Het resultaat mag er zijn!
Samen zingen – RK
We leren dat de pagode uit verschillende onderdelen bestaat, t.w. de basis of de plint, drie achthoekige terrassen waarop alleen monniken en mannen mogen lopen, de sectie met de duidelijk zichtbare banden, een bel-vormig deel, een omgekeerde bedelnap, een lotusbloem, een knop van een bananenbloem, een paraplu, een vaantje in de vorm van een vlag en tenslotte de diamant (diamanten knop). Je moet misschien je fantasie een beetje gebruiken, maar dan zie je het. Elk facet heeft zo z’n eigen verhaal en symboliek. De laatste drie zijn bovendien ook nog eens (onzichtbaar voor het blote oog) enorm rijk gedecoreerd met ruim 3000 versierde gouden bellen en bijna 8000 diamanten en andere waardevolle stenen. Helemaal bovenin op de diamant zit een zelfs een enorme diamant van 76 karaat (15 gram). Al die bellen en glimmers bij elkaar zorgen voor een heldere schittering en een lieflijk geklingel.
Foto van de rijkdom in de ‘paraplu’ – IK
Elke vier jaar wordt de pagode gerestaureerd. Het bladgoud (in totaal zo’n 50.000 kilo!!) wordt dan bijgewerkt en de edelstenen van de paraplu, het vaantje en de diamant, worden indien nodig vastgezet en zonodig worden er enkelen toegevoegd. Alles wat gebruikt wordt is afkomstig uit donaties. Vanaf de grond is al die pracht inderdaad niet zichtbaar, maar tijdens de laatste restauratie zijn er foto’s gemaakt die nu op het terrein te bezichtigen zijn.
Met ‘thanaka’ op het gezicht – RK
Na de eerste ‘ooh’s en aah’s van onze kant is het tijd voor een rondgang. Deze pagode is indrukwekkend in al haar grootsheid en glans. Ik hoor dat het de bedoeling is dat je met de klok meeloopt, maar ik geloof dat niemand zich daar echt aan stoort. Veel mensen nemen de tijd om te genieten, te kijken, te fotograferen. Ze brengen offers, bidden langdurig en met verve of reciteren hardop uit heilige geschriften. Er is zoveel te zien!
Er is zoveel te zien – RK
De meeste gelovigen hier zijn Theravada (tradities van de ouderen) Boeddhisten, waaronder opvallend veel Thai. De vlucht vanuit Bangkok bedraagt slechts een uur, waardoor dit wonder een unieke trip is voor een weekend of een kleine vakantie.
De maandag-hoek – RK
Het is belangrijk om te weten op welke dag je bent geboren, aangezien dit je hemellichaam bepaald. Er zijn acht hemellichamen (woensdag wordt in tweeën gedeeld), die elk weer door een dier worden gerepresenteerd. De garuda (deels mens, deels adelaar) voor zondag, de tijger voor maandag, dinsdag heeft de leeuw, woensdag 1e helft is een olifant met slagtanden, terwijl de 2e helft wordt vertegenwoordigd door de olifant zonder slagtanden, donderdag is de muis, vrijdag de cavia en zaterdag tenslotte de naga (half mens, half cobra). Ik ben, dacht ik, op een donderdag geboren en moet dus zoeken naar de ‘Thursday corner’ om ‘mijn’ Boeddha inclusief ‘mijn’ muis te vinden. Volgens het ene land ben ik een rat, volgens het andere geloof een muis, ik ontkom maar niet aan een bepaald imago.
Offeren – RK
Zo vind je in elke van de acht hoeken een Boeddha waar gelovigen bloemen offeren en water over ‘hun’ Boeddha schenken, terwijl ze tegelijkertijd hun gebeden opzeggen en hun wens(en) uitspreken. Achter het beeld staat een beschermengel en onder het beeld vind je het dier wat bij die betreffende dag past. Ook het dier wordt in het gehele ritueel niet vergeten. Interessant om over al die gebruiken te horen en ze vervolgens ook daadwerkelijk te zien. Al met al hebben we hier een hele tijd doorgebracht zonder dat de omgeving gaat vervelen. Er valt vast nog veel meer te leren.
Prachtig! – RK