LOTUS FOREST

Onlangs heb ik een boekje gekocht waarin verschillende wandelingen in Bangkok staan vermeld onder het motto ‘ontdek de historische kleine straatjes en steegjes’. Dat klinkt interessant, helemaal omdat het historische aspect wordt beschreven en verklaard.
We beginnen vanuit huis met een wandeling in Pathumwan (onze wijk), die ons door ‘eens rijke landbouwgrond langs Bangkok’s belangrijkste shopping district en door een omgeving waarin kleine hindoeïstische altaren te vinden zijn, leidt’. Om onduidelijke redenen kent het gebied rondom het ‘Ratchaprasong Square’ een concentratie van hindoeïstische altaren. Het zijn er zes, elk gewijd aan een andere god, en het plan is om ze allemaal te gaan bekijken. De complete wandeling is er eigenlijk eentje van vier uur, maar omdat het zo ontiegelijk warm is, 36 graden (voelt als 43 graden!) en klam zo vlak voor de regentijd, besluiten we om een verkorte versie te lopen.

Riepko.Krijthe1-14

We lopen over de Phloenchit Road richting Hyatt Hotel en komen als eerste langs het altaar van Indra. Hier worden kleine olifantjes en guirlandes van afrikaantjes geofferd. Indra is, in de Indiase oudheid, de god van oorlog, de hemel, onweer en regen. In zijn rechterhand heeft hij een bliksemflits waarmee hij doodt en tevens gesneuvelden weer tot leven kan wekken. Oorspronkelijk rijdt hij in een strijdwagen of op de zon, maar later laat hij zich rondrijden door zijn reuzenolifant Airavata, de hemelse voorvader van alle Indische olifanten. Ook goden gaan met hun tijd mee, want tegenwoordig is Indra vooral de god van de regen, die ‘de oostelijke hemel beschermt waaruit de moessonwolken komen’. Hij is vandaag de dag dus meer een vruchtbaarheidsgod. Ook nu is het bijzonder om te lezen hoe godsdiensten met elkaar verbonden zijn. ‘Indra is geboren uit de hemel en de aarde en scheidde deze voorgoed. Hij doodde een slang (Vritra) met een schuimpilaar en vormde zo de chaos. Dit zorgde ervoor dat de zon kon opkomen en de wateren vrij kwamen, het leven begon.’ Herkenbaar, toch?

IMG_7841.JPG

Onze volgende stop ligt vlakbij: de beroemde en beruchte ‘Erawan Shrine’. Berucht vanwege de gewelddadige incidenten in de afgelopen jaren, beroemd vanwege het feit dat dit één van Bangkok’s meest bekende bezienswaardigheden is. Hier vind je elke dag een wirwar van mensen temidden van walmend wierook, klepperende bellen, muziek en heel veel (offer)geel. Je kunt zelfs tempeldanseressen huren om je gebeden extra kracht bij te zetten. Deze tempel is opgericht in 1956 om een einde te maken aan een reeks van ongelukken en andere tegenslagen bij de bouw van het Erawan Hotel. Hiervoor werd één van Thailand’s meest vooraanstaande astrologen geraadpleegd, die verklaarde dat de dag waarop de eerste steen voor het hotel werd gelegd ‘inauspicious’ (ongunstig) was geweest. Er moest daarom een tempel worden gebouwd om de geesten van het stuk land weer gunstig te stemmen. De Erawan Shrine is gewijd aan Brahma, de god van vergeving, vriendelijkheid, sympathie en onpartijdigheid. Elke deugd is weergegeven in één van de vier gezichten van het beeld. Je kunt een offersetje kopen bij de vele stalletjes waarin zich 12 wierookstokjes, 4 kaarsen, 4 guirlandes van jasmijn en afrikaantjes en 4 stukjes bladgoud bevinden. Daarna loop je met de klok mee langs de verschillende hoofden, waar je bij elk hoofd een vierde van je setje offert. Het hele hek ziet geel van de bloemen. Het is eigenlijk niet eens zo merkwaardig dat een hindoeïstisch altaar zo wordt vereerd in een boeddhistisch land. Het hindoeïsme kwam indertijd met de handelslui mee uit India en heeft toen een belangrijke plek veroverd in het Khmer koninkrijk in Angkor. Van de Hindoe goden in de Siamese cultuur werd Vishnoe de favoriet van het koningshuis, had Brahma de voorkeur van de priesters (vandaar dat Brahma aanbeden wordt in de Erawan Shrine) en werd Shiva vooral vereerd door vrouwen met een kinderwens.

Riepko.Krijthe1-9

Vishnoe, de god van de barmhartigheid, vinden we aan de overkant van de straat voor het InterContinental Hotel  We zijn hem al ontelbare keren gepasseerd, tenslotte is dit ook de weg naar het hoofdkantoor, maar hebben hem nog nooit echt goed bekeken. Vishnoe is meestal herkenbaar aan zijn blauwe kleur en zijn vier armen, waarin hij een schelp, een knots, een lotus en een discus draagt. Vast van symbolische waarde :). Dit altaar is in 1997 opgericht nadat een uitslaande brand het hotel, vlak voor de opening, grotendeels had verwoest. Het dient ter bescherming van lokale bedrijven en kan kwade geesten uit de omgeving verwijderen, want Vishnoe bewaakt de wereld en grijpt in als er iets mis dreigt te gaan. De offers hier zijn voornamelijk geel in de vorm van bloemen en stof tot aan Thaise desserts aan toe. Vishnoe heeft twee rijdieren, de slang Shesha (zijn rustbed) en de vogel Garuda. Hij staat hier afgebeeld op zijn Garuda, die hem door het universum moet voeren. Ook hier horen we weer een paralel met een andere godsdienst. Vishnoe heeft diverse incarnaties (wel tien verschillende!), waarvan de laatste, Kalki, nog moet komen…….  Wist je trouwens dat ‘avatar’ een begrip is uit het hindoeïsme? Het betekent letterlijk neerdalende of incarnatie.

Riepko.Krijthe1-12

Vlak naast het InterContinental ligt het Graysorn Plaza waar de godin Lakshmi te vinden moet zijn. Het is wel even zoeken, want ze is goed ‘verstopt’ op een stukje plat dak op de vierde verdieping van het complex. Zij is de godin van geluk, vruchtbaarheid en welvaart en tevens de compagnon van Vishnoe. Zij versterkt zijn kracht. Dat verbaast me niets, is het niet vaak zo dat vrouwen het beste in mannen naar boven halen? (haha).    We zien hier inderdaad veel vrouwen die snel even een offer komen brengen vergezeld van een gebed. De offers bestaan vooral uit roze lotus bloemen, munten en suikerriet. Waarom? Zijn dit typische wensen voor een vrouw (godin)? Lakshmi vertoont overigens een opvallende gelijkenis met de godin Aphrodite (Griekse mythologie) en met Venus uit de Romeinse mythologie. Alle drie de godinnen zijn geboren uit de oceaan, worden afgebeeld als jonge vrouwen en weerspiegelen geluk, schoonheid en vruchtbaarheid.    Zo leren we nog eens wat!

Riepko.Krijthe1-16

Onze laatste twee altaren bevinden zich pal naast elkaar op het plein voor het ons welbekende Central World gebouw. Als eerst is daar Trimurti, een combinatie van drie goden, te weten Brahma (de schepper), Vishnoe (de beschermer) en Shiva (de vernietiger). Klein, maar fijn en erg belangrijk! De Thai zien in Trimurti ook de god van de liefde en zij geloven dat hij iedere dinsdag en donderdag, om precies half tien              ’s avonds, vanuit de hemel afdaalt naar dit altaar. Op dit tijdstip zie je dan ook extra veel mensen hun offer brengen van rode rozen, rode kaarsen en de traditionele negen wierookstokjes. Bij elk altaar vind je trouwens een olielantaarntje waar de wierookstokjes aangestoken kunnen worden, want zonder wierook geen gebed.

IMG_7860.JPG

Als laatste tenslotte de bijzonder populaire (en ook mijn persoonlijke favoriet) Ganesha. Ganesha is de god van kennis en wijsheid, neemt hindernissen weg en is de beschermheilige van reizigers. Opmerkelijk genoeg heeft hij een olifantenkop als hoofd, waarmee hij duidelijk van alle andere goden is te onderscheiden. Hoe dat gekomen is?Ganesha stond voor de deur van zijn moeder Parvati op wacht toen zijn vader Shiva plotseling thuiskwam. Hij had Shiva nog nooit gezien en weigerde hem de toegang tot het huis. Shiva werd vreselijk boos en onthoofde, naar later bleek, zijn eigen zoon. Hij zocht vervolgens snel naar een ander hoofd en koos dat van de eerst volgende voorbijganger; dat was dus een olifant. Grappig genoeg heeft hij een muis (of een rat) als rijdier.
Offerandes bestaan, naast de ‘gewone’ zaken, uit fruit zoals bananen en appels, melk en traditionele desserts. Ik ben toch wel benieuwd waarom er bij elke god typisch ‘eigen’ giften aangeboden moeten worden. Dat is echter iets voor een andere keer. Het blijft hoe dan ook apart om temidden van alle drukte en alle moderne hoogbouw om ons heen mensen te zien die in alle rust hun geloof beoefenen. De altaren zijn puntjes van rust in de hectiek van alledag.

IMG_7849.JPG

ERAWAN

Een gigantische driekoppige olifant op een enorme oud-roze sokkel is onmogelijk te missen in het Samut Prakan gebied. In dit super beest, gemaakt van brons, huist het Erawan museum. De hele olifant weegt maar liefst 250 ton, is 29 meter hoog en 39 meter lang. Dit alles op een sokkel van vijftien meter hoog, dus je kunt er echt niet omheen :).

Riepko.Krijthe1.jpg

De lyrische beschrijving van het beeld luidt als volgt: ’With a proud, war-like demeanor and trunks the size of ancient Banyan Trees, this is an epic image of Hindu mythology’s Airavata (otherwise known as Erawan) you’ll never forget. It’s one man’s dream come to life.’ Er wordt hier gesproken over een oude bekende (haha), Khun Lek Viriyapant. Deze excentrieke Thaise business tycoon is namelijk ook de bedenker en uitvoerder van ‘The Sanctuary of Thruth’ en ‘Ancient Siam’ (Muang Boran). Zijn streven was om zijn grote privé collectie van Thaise antiquiteiten te behouden voor de komende generaties. Zijn oorspronkelijke opzet nam een andere wending toen een vriend suggereerde het museum in de vorm van een appel te bouwen. De appel als het klassieke westelijk symbool voor het menselijk lot. Khun Lek vond echter een oostelijke symboliek meer van toepassing en besloot gebruik te maken van de hindoeïstische olifant (Erawan) als inspiratiebron voor zijn museum. Erawan is de Thaise vorm van de mythische olifant Airavata. Deze olifant (meestal wit) is het rijdier van de god Indra (de god van oorlog, de hemel, onweer en regen) en wordt gezien als een belangrijk symbool van de oosterse wereldbeschrijving. De olifant is in de mythologie van Thailand ‘zo groot als een berg met drie tot drieëndertig koppen waarbij elke kop voorzien is van zeven slagtanden’. Khun Lek heeft deze beschrijving behoorlijk letterlijk genomen…….

Riepko.Krijthe1-2.jpg

We maken echter eerst een wandeling door de tropische tuinen onder begeleidend olifant getrompetter. Rondom het onderstuk staan overal olifanten opgesteld (dit museum wordt ook wel de olifantentempel genoemd). Je kunt onder de olifanten doorlopen, waarop ze beginnen te trompetteren. Een kleine donatie maakt je geluk compleet :).

_DSF3221

Langs de binnenbocht loopt een ‘ringsloot’ waarin de gelovigen lotusbloemen laten meevoeren door de stroom opdat alle pech tegelijkertijd zal verdwijnen uit hun leven. Even verderop zien we een ijverige dame dezelfde bloemen weer uit het water vissen met een net. Zouden ze de bloemen even laten drogen en opnieuw verkopen? Of is dat de cynicus in ons?

Riepko.Krijthe1-8

Khun Lek zag de olifant niet slechts als een rijdier voor de god Indra, hij zag de olifant vooral als een kosmisch dier. De binnenkant van het museum staat daarom model voor de hindoeïstische voorstelling van de wereld. Een wereld die bestaat uit een onderwereld en de aarde zelf (beide in het voetstuk) en tenslotte de hemel welke zich in de buik van de olifant bevindt. We starten in de onderwereld. Een donkere, kille ruimte (de AC’s blazen volop) met daarin heel veel antieke en religieuze voorwerpen. Menig voorwerp hier wordt gezien als heilig omdat ze vruchtbaarheid en voorspoed brachten in het verleden. In deze ruimte heerst stilte en de bedoeling van deze ruimte is dat moderne mensen kunnen (moeten) leren van het verleden, omdat ‘gebeurtenissen in het verleden als een kompas en een stuur zijn voor een veilige en rustige reis in het heden.’

_DSF3211.JPG

Hierboven ligt Mount Meru oftewel de menselijke wereld volgens het boeddhistische geloof. De binnenkomst is nogal overweldigend. Alles is gedecoreerd met veel beeldhouwwerk, kleurig glas in lood en uitbundige beelden met porseleinen details.

Riepko.Krijthe1-5.jpg

We nemen de tijd om goed rond te kijken en weten eigenlijk niet of dit kunst is of toch kitsch. Bijzonder, dat zeker! Het vakmanschap is overweldigend. Boven aan de trap staat het beeld van Guanyin, de godin van troost en genade. Veel mensen nemen de tijd om hier even stil te staan, offerbloemen neer te leggen en uiteraard om te bidden. Grappig om ook hier weer te ontdekken dat vele geloven vlak bij elkaar liggen en massaal met elkaar verstrengeld lijken te zijn. Guanyin wordt in de traditionele godsdienst, taoïsme en Chinees Boeddhisme vooral opgeroepen in gebeden ten tijde van gevaar, terwijl ze in de Chinese volksreligie vooral wordt aanbeden bij het vragen om de geboorte van een zoon. Op schilderijen wordt ze dan ook dikwijls voorgesteld met een kindje in haar armen, waardoor je haast gaat denken dat je hier te maken hebt met Maria en haar kindje Jezus.

_DSF3208.JPG

Om deze verstrengeling nog meer te benadrukken zijn er de vier grote pilaren die elk scenes beschrijven uit een van de vier wereldreligies, aldus Khun Lek. Ik weet niet welke religie er hier ontbreekt of misschien heeft Khun Lek het hindoeïsme en het boeddhisme bij elkaar gevoegd? Naast de twee voorgenoemde (wereld)religies zijn er immers nog het christendom, het jodendom en de islam. Even voor alle duidelijkheid: ‘een wereldreligie is een religie die aanspraak maakt op een universele waarheid. Daardoor zijn deze niet gebonden aan een bepaalde omgeving of etniciteit en kunnen zij zich wijd verspreiden.’ Het zijn er echt vijf! Het kan natuurlijk ook zijn dat het Boeddhisme al alom vertegenwoordigd is in dit museum en dat er daarom alleen scenes uit de overige vier op de pilaren zijn afgebeeld? Hoe dan ook, de pilaren rijzen hoog naar boven tot aan de koepel, het dak van de wereld en een kunstwerk op zich.

Riepko.Krijthe1-3.jpg

Het laatste stukje omhoog voert ons vanuit het sokkel door een poot van de olifant  naar de buik van de olifant. We bevinden ons nu in de hemel (Travatimsa Heaven; de wereld op de top van Mount Meru). De gebogen muren laten schilderingen uit het heelal zien, terwijl rondom hele oude Boeddha beelden staan opgesteld. Dit is een heilig gebied. Overal liggen kussens op de grond zodat een ieder kan bidden of (zoals Khun Lek voor ogen had) in elk geval in stilte kan bedenken hoe religie een bijdrage kan leveren in het ondersteunen van de wereldvrede. Ook deze ruimte heeft iets onwerkelijks. Het is alsof je je in de droom van iemand bevindt en je die droom voor je ogen werkelijkheid ziet worden. Van ontwerp tot voltooing heeft hem tien jaar gekost, maar van het resultaat kun je niets anders zeggen dan dat het een ‘must see’ is. Groots in alle aspecten!

_DSF3198.JPG

We lopen nog een laatste rondje door de tuin om te genieten van alle mythische dieren en voorstellingen temidden van een wereld van groen en water. Ook hier aan details geen gebrek.

_DSF3222

Terwijl ik geniet van de sprookjesachtige details en me inleef in de mystiek van de verhalen, besef ik me dat hier weinig buitenlanders komen omdat ze het of te ver vinden van het centrum of de entreeprijs buiten proporties vinden voor wat het te bieden heeft. Toch beoordeelt ‘tripadvisor’ het met een 4.5 (uit 5) overall en is de (voor mij) meest kenmerkende beoordeling: ‘briljante over the top Boeddhisme kitsch’ met de toevoeging ‘ga dat zien!’ Ik zeg: Doen!

_DSF3216.JPG

PI MAI LAO

Dachten we het waterfeest (Songkran) in Thailand te ontlopen, komen we middenin een vergelijkbaar feest in Laos terecht. Als we ons een beetje beter hadden voorbereid (;-D) hadden we kunnen weten dat het nieuwe jaar rond dezelfde tijd door heel Indochina wordt gevierd. Cambodja en Thailand vieren respectievelijk Chaul Chnam Thhmey en Songkran op 13 april dit jaar. In Laos is het Pi Mai (nieuwjaar) op 14 april en in Myanmar vieren ze Thingyan van 14 tot 16 april. De officiële dag mag dan zijn vastgesteld, in werkelijkheid vieren ze het in alle landen uitgebreid, uitbundig en over meerdere dagen verspreid. In Thailand spreken ze niet voor niets over ‘the seven dangerous days’.

Riepko.Krijthe1 3.jpg

Deze nieuwjaar festiviteiten zijn in alle landen een mengelmoes van Indiase astrologie en lokaal geloof waarbij vaak sprake is van een typerend oorsprongsverhaal. Het meest populaire verhaal (bekend onder verschillende namen in de diverse landen) is dat van de koning van de Goden die een wijze jongeman uitdaagt tot een intelligentiestrijd. Helaas voor de koning wint de jongen, waarop de koning zichzelf laat onthoofden. Volgens de legende mag het hoofd van de koning de grond niet raken anders zal er een vuurzee op aarde ontstaan. Zijn hoofd mag ook niet in de lucht blijven hangen, want dan zal het niet meer regenen en als het in een zee terecht zou komen, zou de zee opdrogen. Wat te doen? Ieder jaar draagt één van de zeven dochters (elke dochter representeert een dag van de week) zorg voor het koningshoofd door het middels besprenkeling te reinigen en rond de voet van de berg Sumeru (de berg van bestaan) te dragen.

_DSF3191.JPG

Traditioneel wordt het feest nog steeds gevierd door tempels te bezoeken om water over de Boeddha beelden te sprenkelen of door op bezoek te gaan bij de ouderen in je familie om hun handen met water te overgieten. Beiden worden gezien als een reinigingsritueel, een soort ‘spring cleaning’ als het ware. Tegenwoordig is deze zegening ontaard in een enorm watergevecht compleet met gigantische waterpistolen, tuinslangen en zelfs hogedrukspuiten.

Riepko.Krijthe1-3 2

In Bangkok gaat het zelfs zo ver dat er heel veel toeristen op afkomen en er wegen afgezet moeten worden speciaal om het volledig uit de hand lopen tegen te gaan. Silom Road (‘Wall Street’ van Thailand) is zo’n straat waar je compleet nat wordt gespoten door iedereen die je tegenkomt. Helemaal doorweekt, maar…….wel volop gezegend!

Riepko.Krijthe1-6.jpg

In Luang Prabang, vroeger bekend als Muang Xieng Thong (oftewel Gouden Stad), is het niet anders. Alhoewel met maar 47.510 inwoners (in tegenstelling tot de geschatte 15 miljoen van Bangkok) maakt het in intensiteit en beleving beslist een verschil. Hier zijn het vooral de kinderen die langs de weg klaar staan met hun zwembadjes, hun waterpistolen of hun emmertjes om alle voorbijgangers een frisse afkoeling te bezorgen. Toeristen (backpackers) doen maar zelden mee. De groepen waar je hier meer voor moet uitkijken zijn de tieners en de jong volwassenen. Gelukkig hoor je vaak al van verre de harde bassen dreunen, waardoor je gauw kunt oversteken naar de andere kant van de weg om de ergste stralen te ontlopen. Natuurlijk zijn ook wij gezegend, maar bij ons was het meer een traditionele zegening dan een onderdompeling. 🙂

Waarom Luang Prabang? Volgens de ‘lonely planet’ ‘slows Luang Prabang your pulse and awakens it your imagination with its combination of world-class comfort and spiritual nourishment. Sitting at the sacred confluence of the Mekong River and the Nam Khan (Khan River), nowhere else can lay claim to this Unesco-protected gem’s romance of 33 gilded wats, saffron-clad monks, faded Indochinese villas and exquisite Gallic cuisine.’ De hele stad werd in 1995 toegevoegd aan de Werelderfgoedlijst van UNESCO en hoewel ‘the lonely planet’ spreekt over 33 tempels wordt er elders gesproken over wel 66 tempels. Hoe dan ook, men is het erover eens dat de ‘Wat Xieng Thong’ (tempel van de Gouden Stad) een aanrader is.

_DSF3178.JPG

Het is dan ook een schitterende tempel die wordt gezien als een klassiek voorbeeld van lokaal design. Verassend zijn de mozaïek afbeeldingen van het dagelijks leven op de achterkant van één van de gebouwen en je kunt absoluut niet heen om de gouden façade van een ander gebouw op het terrein. Heel anders dan de tempels in Thailand en beslist niet minder indrukwekkend.

_DSF3177.JPG

_DSF3174.JPG

De laatste jaren is er veel geïnvesteerd in het stadje waardoor oude vervallen franse villa’s een nieuw leven hebben gekregen als mooie boetiekhotels (dat houdt in: een hotel dat een luxueuze, eigenzinnige maar ook intieme sfeer heeft en vaak niet behoort tot een hotelketen :)). Wij logeren in de Mekong Estate met uitzicht op de ‘Mighty Mekong’. Wat zijn we deze rivier al in veel landen tegengekomen. Telkens opnieuw een bron van fascinatie!

Riepko.Krijthe1-2.jpg

In de stad zelf is de bevolking door de jaren heen toegenomen, maar het lijkt nog steeds alsof de tijd hier heeft stil gestaan.Is dit het Bangkok van vijftig jaar geleden? De franse invloed is duidelijk zichtbaar (Laos is een Franse kolonie geweest) zowel in de architectuur als op de menukaarten of in de aanwezigheid van vele bakkerijen waarin de baguettes, de croissants en de chaussons de pommes lekker naast de pains au chocolat liggen.

Riepko.Krijthe1-11.jpg

Maar ja, we zijn hier niet alleen om culinair te genieten, we willen ook verdere bezienswaardigheden ontdekken. De watervallen staan aan top, dus de keuze is snel gemaakt. Dat past ook goed in een waterweekend, toch? De Tat Kuang Si watervallen liggen zo’n dertig kilometer ten zuiden van de stad en worden beschouwd als één van de  mooiste watervallen van Laos.

17917364_1873331269621003_2342092067318101709_o.jpg

Het is er druk, maar desondanks krijgen we een goed beeld van de verschillende kleinere watervallen en het spektakelstuk op het eind. Staand op een houten brug kun je hier prachtige foto’s maken, tenminste…….als je niet aan de kant wordt gedrukt.

_DSF3156.JPG

Voor de sportievelingen is er een pad naar de top van deze hoge waterpartij. Het lijkt een behoorlijke stevige klim over een glibberige bodem, die wij dus maar links hebben laten liggen. Ondanks het feit dat we zelf niet gezwommen hebben in het ogenschijnlijk heldere azuurblauwe water (volgens onze chauffeur is het water ‘very dirty’) hebben we zeker genoten van alle waterpret om ons heen. Helaas is de vlindertuin naast de watervallen vanwege de feestdagen gesloten. Jammer want dit initiatief van een Nederlands stel is voorzien van een goed restaurant, waar ook Nederlandse gerechten zijn te bestellen. Een deel van hun inkomsten gaat naar projecten om de lokale bevolking te ondersteunen en dan met name het onderwijs.

Riepko.Krijthe1-5

Wat we verder nog hebben meegemaakt? We zijn op bezoek geweest bij de Hmong, een etnisch bergvolk, waar we het geluk hadden een aantal mensen in hun prachtig versierde klederdracht te zien en waar we een praatje hebben gemaakt met een aardige moeder van zes dochters, die zich net opgedoft had om naar het feest in Luang Prabang te vertrekken. Zij vond het een geweldige ervaring om op haar paasbest op de foto te gaan!

Riepko.Krijthe1-13.jpg

Ter afsluiting nog een bliksembezoekje aan het dorp van onze chauffeur om kennis te maken met zijn oma van 120 jaar! Haha, ik denk dat ze ergens begin tachtig moet zijn, oud was ze in elk geval wel. Het blijft een ervaring om de gastvrijheid en de openheid van mensen in hun eigen omgeving mee te maken. We zijn hier nog lang niet uitgekeken. We zijn niet toegekomen aan het ‘storytelling theatre’, we zijn ook niet toegekomen aan de stadswandeling, verder willen we graag meer genieten van de culinaire hoogstandjes en de bijzondere architectuur en tenslotte v.w.b. de natuur…….’the sky is the limit’.

_DSF3170.JPG