GOUDEN DRIEHOEK

We zijn in Chiang Rai aangekomen, ook wel de toegangspoort tot de Gouden Driehoek genoemd. Het gebied waar Thailand, Myanmar en Laos bij elkaar komen – ze hebben hier zelfs een drielandenpunt compleet met uitzichttoren en alles wat erbij hoort! – en dat vroeger berucht was vanwege de opiumteelt. Werd de opium in eerste instantie vooral voor medicinale doeleinden gekweekt, de Thaise regering verstrekte zelfs subsidie voor de opiumteelt in die tijd, de laatste 60 – 80 jaar is het met name het illegale circuit van verkoop, smokkel en misbruik wat de boventoon voert.

De ‘Hall of Inspiration’ in Doi Tung laat zien hoe de koninklijke familie (the Mahidol family) zich sinds Rama V (1853-1910) het lot van de arme bevolking heeft aangetrokken en hoe zij, stap voor stap, verandering probeerden te brengen in de (uitzichtloze) situatie. Je kan de verbouw van opium immers wel verbieden, maar dan moet je wel iets anders kunnen aanbieden om een nieuwe toekomst op te bouwen. Mae Fah Luang – the royal mother of the sky – zoals ze liefdevol door vele bergvolken in het noorden van Thailand wordt genoemd, heeft zich met hart en ziel gestort op de verbouw van vervangende gewassen zoals koffie. De moeder van de huidige koning, zelf de dochter van een goudsmid, wordt daarom omschreven als: ‘not noble by birth, yet noble by deeds.’ Het verhaal wordt verteld met een druppel water als metafoor. Een enkele druppel veroorzaakt, steeds wijdere kringen vergelijkbaar met de werken van de koninklijke familie. Samen of individueel starten zij een project op kleine schaal, waarna met kleine stapjes naar verbetering wordt gewerkt. Uiteindelijk raken en verbeteren zij op deze wijze ontelbare levens hier en door Thailand als geheel. De hele tentoonstelling is boeiende weergave van de problemen en de oplossingen in dit gebied. Goed voor de beeldvorming!

Riepko.Krijthe142

De ‘princess mother’ heeft indertijd ook een gebied aan Nestle gegeven voor de ontwikkeling en verbouw van arabica koffie. Alle werkers op deze plantage komen uit een klein bergdorpje uit de buurt. In de buurt blijkt een relatief begrip. Volgens zeggen lopen de lokale mensen de afstand inderdaad in een half uur, maar de man die het project overziet en dus ook heel wat gewend is, zegt er minstens twee uur over te doen. Verdwalen is makkelijk en de paden zijn moeilijk begaanbaar. In de bergen van Noord Thailand leven nog veel bergstammen in kleine oude dorpjes. Deze zijn, in tegenstelling tot vele andere bergstammen, nog bijna geïsoleerd van andere plaatsen en hebben daarom hun authenticiteit bewaard. Wij worden welkom geheten door één van de dorpsoudsten. Een klein vrouwtje getooid in de klederdracht van haar volk. Schitterend!

Riepko.Krijthe144

Ze spreekt geen woord engels, maar weet ons vriendelijk lachend te voorzien van thee en (lokale) koffie. Helaas lauw omdat de elektrische waterkoker niet naar behoren functioneert en royaal voorzien van honing, want ze heeft het goed met ons voor. We drinken daarom dapper onze mokjes leeg!! terwijl we ondertussen luisteren naar een presentatie over de plantage in het algemeen en de koffie in het bijzonder. Onze begeleider vertelt ons dat dit grensgebied soms wat onrustig kan zijn omdat er in Myanmar (eigenlijk grenzend aan de plantage) nog wel opium verbouwd wordt. De Thaise politie zit hier bovenop, vandaar schietpartijen etc om de gangs op hun eigen grondgebied te houden. Het klinkt spannender dan het eigenlijk is hoor, bezweert hij ons lachend.

Vervolgens krijgen we een rondleiding over het terrein. Boerenharten bloeien open en de mannen halen hun hart op aan details over bemesting, klonen en opbrengsten.De oudste koffieplant is 28 jaar geleden geplant door de ‘moeder uit de lucht’ (de prinses-moeder kwam n.l. altijd met de helicopter omdat de wegen destijds zo onbegaanbaar waren). Deze struik wordt met zorg behandeld en geeft nog elk jaar trouw haar bijdrage aan de totale opbrengst. Speciaal voor ons zijn deze bessen nog niet geplukt, zodat we een idee krijgen. Leuk!

Van opium naar koffie. Het lijkt zo gemakkelijk, maar er is natuurlijk een hele strijd aan vooraf gegaan. Niet alleen mentaal, ook lichamelijk. Veel van de opiumkwekers waren immers zelf verslaafd. Hoewel afkicken werd gestimuleerd en gesubsidieerd waren er vaak meerdere opnames nodig voordat mensen met hun gewoontes konden breken.
De ‘Hall of Opium’ geeft een overzicht van het gebruik en misbruik van opium in de laatste 5000 jaar. Van de introductie van opium in Azië vanuit Europa tot aan de grote opiumoorlogen tussen Groot Brittanië en China in de 19e eeuw en de vele persoonlijke verhalen van opiumverslaafden en hun families. Het één en ander wordt verlevendigd met attributen nodig voor zowel de verbouw als het gebruik van opium en voorstellingen van opiumhuizen waarin mannen in schemerige kamers op speciale harde banken liggen compleet met doosjes, pijpen, gewichtjes die stuk voor stuk prachtig bewerkt zijn. Het was inderdaad een enorme (gouden) handel in die jaren.

Riepko.Krijthe168

Dit noordelijk deel van Thailand is eigenlijk maar een heel klein stukje van de totale Gouden Driehoek. Het plaatsje Sop Ruak vormt het drielandenpunt met Myanmar en Laos. De grenzen worden gevormd door de Nam Ruak rivier en de Mekong, die op dit punt samenvloeien. Van bovenaf gezien een mooi landschap. Opmerkelijk is dat er zowel in Myanmar als in Laos een groot (Thais) casinohotel is verrezen. Op deze manier ‘onttrekken de casino’s zich aan de strenge Thaise wetgeving met betrekking tot gokken, terwijl de grensformaliteiten voor bezoekers uit Thailand achterwege worden gelaten.’

Riepko.Krijthe159

Met een longtail boot maken wij een kort tochtje over de ‘Mighty Mekong’. We varen zo dicht langs de kust van Myanmar dat we er bijna letterlijk op kunnen spugen :0.
We mogen zelfs even een stop maken in Laos. Bij de aanlegplaats is een klein Laotiaans souvenirs dorpje wat op zich niet veel voorstelt, maar het is toch leuk om te zeggen dat we ook in Laos zijn geweest!!

WIT WONDER

Eén van de attracties die je beslist moet bezoeken als je naar Chiang Rai gaat, is de witte tempel of de Wat Rong Khun. Een unieke tempel die anders is dan alle andere tempels die we tot nu toe gezien hebben, doordat hij helemaal wit is (vandaar de naam ;-D) en het vele gebruik van stukjes spiegel in het pleisterwerk. De tempel schittert en flonkert hierdoor in het zonlicht en krijgt daardoor een haast toverachtige uitstraling. Deze tempel zou echt niet misstaan in een Disneyfilm als ‘Frozen’!

Wij hebben ons voorbereid en ingelezen en hebben zelfs de vele plaatjes in boekjes en op het internet bewonderd, maar als we daadwerkelijk oog in oog staan met dit witte wonder zijn we toch met stomheid geslagen. Wat een pracht, wat een details en wat een uitstraling! Dat moeten we van dichterbij bekijken.

Deze boeddhistische tempel is het eigendom van architect Chalermchai Kositpipat, één van Thailands meest succesvolle kunstenaars. Tijdens zijn studie aan de ‘kunstacademie’ van Silpakorn voelde hij zich, in tegenstellingen tot zijn studiegenoten, meer aangetrokken tot de Thaise kunst (speciaal de oude Thaise muurschilderingen) dan tot de Europese stromingen. Hij bedacht al vroeg dat hij de Thaise kunst wereldwijd bekend wilde maken en dat hij zichzelf wilde ontwikkelen tot een ‘great contemporary Thai artist that the world admires.’

Tegen het einde van de 20e eeuw was de oorspronkelijke Wat Rong Khun er slecht aan toe. Er werd een poging gedaan de tempel te restaureren, maar het werk moest voortijdig gestopt worden door een gebrek aan fondsen. In 1997 besloot Khun Chalermchai (geboren in Chiang Rai) de tempel compleet te herbouwen en het project met eigen fondsen te financieren. Hij weigert geld aan te nemen van overheidsinstanties, miljonairs of politici omdat zulke donoren daardoor de macht zouden krijgen hem te beïnvloeden in zijn visie. De Wat is compleet wit om de reinheid van Boeddha weer te geven, het spiegel mozaïek symboliseert de wijsheid van Boeddha.

_DSF0774

Wij lopen met de stroom mee naar de brug van ‘the cycle of rebirth’. Aan beide kanten van het begin van de brug zien we een zee van honderden reikende handen, die het menselijk lijden en de hel vertegenwoordigen. Het ziet er inderdaad wat onheilspellend uit; het roept in elk geval bij sommigen van ons nare associaties op. Terwijl we over de brug naar de eigenlijke tempel lopen, naderen we het geluk door aardse zaken als hebzucht, verlangen en verlokkingen achter ons te laten.

_DSF0766.jpg

Hoopvol gestemd (;)) komen we bij de eigenlijke tempel aan. Vlak daarvoor bevindt zich nog de ‘Gate of Heaven’, die bewaakt wordt door twee enorme figuren die de Dood en Rahu (tegenstander van Boedhha) voorstellen en die beslissen over het lot van de mensheid. Snel de schoenen uit en we worden toegelaten tot het heiligdom. Binnen wordt de strijd tussen goed (Boeddha) en kwaad (demon Mara) uitgebeeld. In tegenstelling tot de traditionele vertolking op olifanten met zwaarden, kanonnen of pijl en boog (afhankelijk van de tijd) heeft deze kunstenaar gekozen voor een meer eigentijdse benadering. In de ogen van de reusachtige demon staan Bin Laden en George Bush afgebeeld, want, aldus Chalermchai, ‘I want everyone to know that our world is being destroyed by those who craved to build weapons that kill, thereby ruining the environment because nothing is ever enough.’ De muurschilderingen zijn een bezienswaardigheid op zich. Als je goed kijkt zie je de ‘twin towers’, ontdek je Superman, Michael Jackson, een raket ….. Je valt van de ene verbazing in de andere. De schilder laat ons hiermee weten dat er geen superhelden bestaan in onze wereld en hoe we ze misschien ook nodig mogen hebben met het langzame verval van onze moraal vandaag de dag, we zullen het zelf, met elkaar, moeten oplossen. De kleuren aan deze kant van de tempel zijn donker, somber en de afbeeldingen dicht bij elkaar geschilderd. Het is er vol. Daartegenover bevindt zich de kant van Lord Boeddha. Lichte kleuren, grote vlakken en meer ruimte voor lichtheid in de ruimste zin van het woord. Zonder woorden is de boodschap duidelijk!

Overigens heeft elk detail van de witte tempel een betekenis die de bezoeker tot reflectie aan moet moedigen. Het doel is om te ontsnappen aan wereldse zaken en je in plaats daarvan te concentreren op je geestelijke verrijking.

Pas in 1997 is met de bouw van deze tempel begonnen. De architect had toen een budget van 18 miljoen bath (ruim 400,000 €) en vijf volgelingen. Ondertussen heeft hij nu 60 medewerkers in dienst en heeft hij meer dan 300 miljoen bath tot zijn beschikking. Dat mag ook wel, want het project is nog lang niet afgerond. Het duurt naar verwachting nog tot 2070 voordat het hele tempelcomplex met negen gebouwen, elk gebouw met een eigen betekenis, klaar zal zijn. Het heeft er even naar uitgezien dat er gestopt zou worden met de voortgang van de bouw, nadat de tempel bij een aardbeving in 2014 flink werd beschadigd, maar door de grote toestroom van donaties kon het gebouw echter toch worden gerestaureerd.

_DSF0769

Terwijl we langzaam genietend over het tempelterrein dwalen zien we opeens een gouden gebouw. Naast al het wit een opvallende kleur! Het blijkt het toiletgebouw te zijn. Dit ‘most beautiful toilet’ symboliseert hoe mensen focussen op materiële zaken; geld en bezittingen.

_DSF0767

Ook zien we betonnen ‘bomen’ waar duizenden medaillons naar beneden hangen. Voor een paar centen kun je er zelf eentje kopen, je naam erop schrijven en hem toevoegen aan het ‘bladerdak’.

Verderop staat een whiskey fles op een paar duivelskoppen als een waarschuwing om toch vooral geen whiskey, of misschien wel geen alcohol, te gebruiken. Het haalt de duivel in je naar boven! Er valt zoveel te zien……

_DSF0778

Thailand is het land van de tempels. Velen daarvan zijn prachtig, overdadig en meesters van bouwkunst en vakmanschap. Dit witte wonder in Chiang Rai neemt, wat mij betreft, een heel bijzonder plaatsje in. De architect, die ooit als ouderwets en een beetje belachelijk werd bestempeld door zijn studiegenoten heeft toch maar mooi laten zien dat je zeker een eigen visie kunt hebben die de moeite van het volgen waard is, ook al roei je tegen de stroom in. Op zichzelf al een lesje voor menigeen!

EXTRA SPICY, EXTRA SEXY

‘There is no better way to learn authentic Thai cooking than taking an authentic cooking class in Thailand. An experience not to be missed!’ Die uitdaging gaan we aan!

We ontmoeten de kookgroep op de Or Tor Kor versmarkt, een markt waar de betere restaurants en hotels ook hun verse producten vandaan halen. Aangezien we (van opwinding :-D) veel te vroeg zijn hebben we uitgebreid de tijd om een kop koffie te drinken en de markt op ons gemak te verkennen. Absoluut de moeite waard!

_DSF0740

Om kwart over negen maken we kennis met Khun June, onze begeleidster van vandaag. Enthousiast sleept ze ons mee over de markt zodat we ‘the essentials’ van de Thaise keuken kunnen leren. Zo leren, voelen, ruiken we over galangal (Thaise gemberwortel), het verschil tussen ‘sweet basil’ en ‘Thai basil’, lemongrass, kafir lime (een soort limoentje) en kafir lime bladeren (limoenblad), het verschil tussen kokosnoot room en kokosnoot melk en last but not least de chillies. De hele grote rode chillies zijn als onze paprika’s, maar die kleintjes…….. ook wel bird’s eye chillies of Thai dragon peppers genoemd zijn heet!! Volgens June zijn ze “red (when ripened) like a dragon’s breath and their shape even looks like a dragon’s claw’. Met andere woorden berg je maar :). Chillies vallen trouwens onder de ‘aphrodisiacs’, vandaar dat June ons tevens de boodschap meegeeft dat ons eten wanneer extra spicy, ons beslist extra sexy zal maken.
We zullen het beleven…….

IMG_4877

Ons volgende leermoment is op de Baipai Thai cooking school. In de Thaise keuken is de combinatie zout, zoet, zuur, bitter en pittig belangrijk. June legt uit over en laat ons proeven van palmsuiker (vers versus houdbaar), ‘tamerind paste’ (de zure variant) en ‘fish sauce’ naast soja saus voor het zoutige etc. etc. Voor de Thai zelf zal het allemaal gesneden koek zijn, voor ons is het een stuk minder vanzelfsprekend allemaal. Je hoeft voor deze cursus gelukkig geen pro te zijn, maar getooid in een kookshort met een handdoek links naar beneden hangend en een receptenboek in de ‘buidel’ doen we, qua uiterlijk in elk geval, toch niet onder voor de echte chefs. We zijn er klaar voor.

IMG_0405

We beginnen met ‘Toong Tong’ (golden bags). Chef Noi houdt van aanpakken en gaat vliegensvlug van start. In no time zijn ook wij, als doorgewinterde deskundigen, druk bezig met het (fijn) snijden van knoflook, koriander wortel, ui en waterkastanjes. De buideltjes gekruid gehakt worden zorgvuldig dichtgeknoopt met een sprietje groen en verdwijnen in de hete olie. Golden brown? Beetje pruimensaus erbij en smullen maar! Wij kunnen koken!! ‘This is not a serious course, but it does have serious flavours’, zegt June genietend als ze onze enthousiaste kreten hoort.

IMG_4893

We zijn klaar voor de tweede ronde. ‘Tom Yum Goong’ of hot and sour prawn soup. We nemen weer plaats aan de lange houten tafels en kijken toe hoe chef Noi uitleg geeft terwijl ze ons tegelijkertijd demonstreert hoe de benodigde ingrediënten, gesneden, gestampt, gescheurd en bij elkaar gevoegd moeten worden. Alle benodigdheden staan keurig voor ons uitgestald en ook aan extra uitleg en begeleiding is er geen gebrek. Een kind kan de was doen!

Na elk getoonde onderdeel is het ‘tasting time’, voordat we zelf al onze voorbereide onderdelen bij elkaar kunnen voegen om er ons eigen lekkers van te maken. Chef Noi is een echte Thaise, dus ‘not spicy’ is een behoorlijk rekbaar bij haar. Toch is het ontegenzeggelijk waar dat haar gerechten stuk voor stuk een beetje heet maar vooral erg lekker zijn! De cursisten laten in hun bereiding een variatie zien van geen chillies tot maar liefst de volledige drie chillies. Het laat zich makkelijk raden aan welke kant van de schaal wij ons bevinden :).

June bereidt ons tijdens het smakelijk (zachtjes) slurpen van de soep al voor op onze volgende uitdaging. Span je spieren, staal je armen, want we gaan stampen. Geen groene curry pasta uit een zakje, maar vers gemaakt met vijzel en mortel. Het snijden van alle benodigdheden gaat geroutineerd, maar het vijzelen of stampen….. Wauw, hier kweek je inderdaad spieren mee. Net als ik denk dat ik al een heel eind op de goede weg ben, geeft een Thais meisje mij vriendelijk te kennen dat dit nog maar het begin is. Zij zal wel even laten zien hoe het werkelijk moet. Wat een kracht heeft zo’n spichtig ding. Ik probeer haar te evenaren, terwijl de groene curry spetters me bijna om de oren vliegen. Ik heb de handigheid duidelijk nog niet helemaal onder de knie.

Met de pasta min of meer klaar gaan we verder met de bereiding van ons hoofdgerecht: ‘Gang Keaw Waan Gai’ (green curry with chicken). Het lijkt een fluitje van een cent na ons gestamp van hiervoor. Op onze individuele kookstations staat voor iedereen een wokpan klaar. Nauwkeurig worden we in de gaten gehouden en met subtiele hand worden we, waar nodig, bijgestuurd. Koken doe je immers voor je plezier en het eindresultaat moet wel in de smaak vallen, nietwaar?

IMG_4900

Eenmaal klaar met de curry mogen we met ons kommetje naar boven, waar we in alle rust kunnen dineren. Beetje (jasmijn) rijst erbij en smullen maar.
Het hele Baipai team voegt zich glunderend bij ons, waarop Khun June ons met een grote grijns vertelt dat we allemaal geslaagd zijn. Als trofee krijgen we een eigen (werk) foto in een magneetlijstje mee, samen met het receptenboek van vandaag opdat we de dag niet zullen vergeten en nog vaak zullen genieten van alle heerlijkheden die een Thaise keuken kan bieden. Voldaan en tevreden kijken we elkaar aan, chefs onder elkaar!

ROCKET BOAT

Een tochtje in een supersnel bootje door smalle kanalen met opstuivend water rondom is toch wel de ultieme manier om het ‘innerlijke kind’ en het ‘geheim agent gevoel’ in onszelf volop naar boven te halen. Volgens de verhalen spreekt in zo’n situatie geen enkele boot meer tot de verbeelding dan de ‘James Bond’ boot (ofwel de raketboot). Zo genoemd na zijn ‘optreden’ in de James Bond film ‘The man with the golden gun’ uit 1974, welke (gedeeltelijk?) werd gefilmd in Thailand.

Op papier lijkt het een geweldige tocht, want zeg nou zelf, wie wil zich nu niet even 007 wanen en de held van de dag zijn? Het enige wat ons een beetje doet huiveren is dat het een vijf uur durende tocht is, maar goed we zullen vast niet vijf uur op topsnelheid door de khlongs gaan jagen, toch?

_DSF0533

We verzamelen ons in een kantoortje aan de rand van Bangkok’s Chinatown. Met ons gaan nog acht anderen het avontuur aan. We krijgen een gids en een assistent mee op reis en klokslag één uur gaan we op stap.
Eerst een korte wandeling door de achteraf straatjes van Chinatown richting de Chao Phraya rivier. We lopen af en toe haast bij de mensen door hun achtertuinen, hun ‘terrasjes’. Onverstoorbaar gaat het leven door, wij worden compleet genegeerd. Dit gebeurt dus kennelijk veel vaker! Onze eerste stop is bij een Chinese tempel. Het Chinese Nieuwjaar is net geweest. Overal zie je nog restanten van de feestelijkheden en vele Chinezen zijn deze week vrij om het jaar van de aap goed te beginnen. Voor het begin van dit nieuwe jaar zijn alle huizen grondig schoongemaakt, is het afval verbrand en hebben de mensen zich goed voorbereid op een nieuwe start. We zien langs de oevers van de rivier een grote verbrandingsoven staan waarin (nep) geld, (nep) i-pads, (nep) i-phones en andere nep kostbaarheden worden verbrand. Alles om geluk en voorspoed af te dwingen!

IMG_1726

Terug naar onze toer. We gaan aan boord van een Chao Phraya River Express Boat (een hele mondvol) die ons kalmpjes naar Nonthaburi, zo’n 20 km ten noorden van Bangkok, vaart. Nonthaburi maakte vroeger deel uit van het koninkrijk Ayutthaya. In 1943 werd het ingedeeld bij Bangkok, maar drie jaar later werd het een zelfstandige provincie. Vanwege de vruchtbare grond is het een belangrijke leverancier van bloemen en planten. Daar zien wij allemaal niets van. Wij stappen bij aankomst onmiddellijk over op een ‘longtail boat’ om de khlongs en het leven in en om de kleine kanalen van nabij te ervaren. We zien enkele noodles verkopende roeibootjes, maar verder is het rustig op het water. De mensen die hier wonen zijn helemaal aangewezen op transport en vervoer over en op het water. Of zou er aan de andere kant van al die huisjes op palen nog een soort weggetje lopen? Hoe dan ook, elk huisje heeft wel een bootje in de buurt, dus ik denk toch dat het water de grootste verkeersader is hier. De website laat weten dat we ‘hier teruggeworpen worden in de tijd. Een tijd waarin het (plattelands) leven eenvoudiger was, een tijd waarin alles minder gejaagd was….’ Vele smalle riviertjes en kanaaltjes kronkelen door deze laag liggende provincie en grote delen van Nonthaburi werden dan ook verwoest tijdens de overstromingen van 2011. Tegenwoordig is het merendeel van de provincie deze ramp te boven gekomen, maar groene, slijmerige waterstrepen op de muren herinneren nog aan deze natuurramp. Onze gids vertelt dat Nonthaburi tegenwoordig juist erg in trek is bij de Thailanders uit Bangkok. Het is er rustig, stukken goedkoper dan Bangkok zelf en de rivierboten zorgen voor een makkelijke verbinding tussen beide plaatsen.

IMG_1697

Na ongeveer een uur stoppen we onverwachts bij een tempel. In de veronderstelling dat we die tempel gaan bekijken stappen we vlotjes (nou ja, redelijk vlot) van boord. Bijna meteen krijgen we elk een zakje korreltjes in de handen gedrukt. Niet als een snackje voor ons, maar als een lekkernij voor de vissen alhier. Op de rivier mag overal gevist worden, behalve rondom de tempelcomplexen. Het doden van dieren komt niet overeen met de leer van Boeddha. Hier zijn de vissen niet eens zo groot, dus dit lijkt me geen reguliere voederplaats. Later in de middag zal dit tafereeltje zich herhalen bij het bootstation van Nonthaburi aan de Chao Phraya, waar we de vissen mogen voeren met heuse kadetjes. Ze lusten er wel pap van en dat is te zien ook!

IMG_1641

Langzaam komen de raketbootjes aangevaren. Er is slechts plaats voor twee personen in een bootje. De bootjes zijn laag en ik bedenk me wat verontrust dat het wel weer een hele toer zal worden om eruit te ‘klimmen’, laat staan op een elegante manier. Als insiders tip krijg ik het advies om straks op te gaan staan als een koe…..over gracieus gesproken :).
Als we allemaal op onze lage bankjes zitten, stuiven we vooruit. Wat een ervaring en wat gaat het snel!! Om ons heen klinkt gejoel en gelach vanuit elke boot. Iedereen lijkt op en top te genieten van zijn/haar ‘James Bond ervaring’. Mensen langs de kant flitsen aan ons voorbij. Volgens Riepko lijken we zelfs een taxi op de oever in te halen. Ik kan me niet voorstellen dat onze race erg plezierig is voor de mensen die hier wonen. Het lawaai en het onstuimige water moeten toch voor overlast zorgen, zou je denken. Toch zien we slechts vrolijke mensen met grijzende gezichten en zwaaiende handen. De tijd vliegt voorbij. Uiteraard gaan we niet aldoor op volle kracht vooruit. De vele bochten, de enorme velden waterhyacinten en de enkele andere kanaalgebruiker zorgen ervoor dat we af en toe onze vaart moeten verminderen, om meteen daarna weer vol gas achter elkaar aan te jagen. Ons bootje is nummer vijf in de rij, dus het idee van achtervolgen zit er wel degelijk in al heb je soms ook het gevoel dat je in je eentje op het water zit.

_DSF0544.jpg

Onderweg nog een snelle stop bij een lokale ‘floating market’, waar ter plekke diverse snacks voor ons worden gefabriceerd. “Not spicy”, horen we van alle begeleiders, maar ‘mai phet’ voor de Thai is duidelijk wat anders dan voor ons :). Wel een erg leuke ervaring om op te gaan in en mee te doen aan het leven van alledag!

IMG_1739

Ons eindpunt van het snelle avontuur is een grote tempel met ook weer een liggende Boeddha. Achter de tempel bevinden zich vele terracotta beelden (monniken) met een bedelnap en een (echte) bril op hun neus. De bedoeling werd ons niet helemaal duidelijk, maar zou het misschien een ludieke inzamelactie voor brillen kunnen zijn?
Van hieruit varen we met een longtail boot terug naar het drukke bootstation van Nonthaburi alwaar we met de ‘gewone’ bootdienst terug varen naar Chinatown. Al met al een geweldige ervaring, waar we nog lang over kunnen en zullen napraten.