THEWET PIER

Ongeveer eens per maand gaat de Bangkok Photographers Group (BPG) op stap. De scouts zetten een wandeling uit met interessante onderdelen en op de uitgekozen dag volgen vele amateur fotografen in hun voetstappen om juist die foto te schieten die het verschil moet maken :). Hoe ze steeds aan verrassende wandelingen komen? Volgens één van de organisatoren is het een kwestie van wandelen, veel wandelen. Volgens hem is elke wandeling in Bangkok de moeite waard, want er is altijd en overal wel iets te zien wat vastgelegd kan worden. Want zo zegt hij: ‘photography is the only language that can be understood everywhere around the world.’ Toch is, volgens hem, lang niet elke tocht geschikt voor de groep. Een echte ‘photowalk’ moet compact zijn en van het ene onderwerp naar het andere lopen zonder al te grote ‘gaten’ ertussen. De fotograaf van vandaag houdt van actie en wil graag onmiddellijke vervulling van zijn wensen :-D.

Het is vandaag de 50e toer en dat lijkt mij een uitermate geschikt getal om in te stappen en mee te doen, al zie ik er wel een beetje tegen op. Zoveel mensen, drie uur lang, heel erg warm……..zijn zomaar een paar bedenkingen die in me op komen. Aan de andere kant moet je af en toe ook eens een uitdaging aangaan en je grenzen verleggen, toch?

vrouwtje.jpg

Daar staan we dus, om acht uur ’s ochtends op de Thewet Pier. Alle steigers (tha in Thai) langs de Chao Phraya rivier zijn duidelijk gemarkeerd, zowel in het engels als in het thai. De centrale pier (waar wij ook opgestapt zijn) is Tha Sathorn en ligt vlakbij het Taksin skytrain station. Het openbaar vervoer is in Bangkok heel goed geregeld! Onze bootreis bedraagt maar liefst ruim een half uur. Het is echter heerlijk varen zo vroeg in de ochtend met de eerste zonnestralen op je gezicht en tegelijkertijd de afkoeling van een zacht briesje. De lucht is zelfs een beetje blauw! Om ons heen meerdere enthousiastelingen gewapend met een assortiment aan fotocamera’s. Je krijgt haast een beetje een ‘schoolreisjes gevoel’.

Als wij van de boot stappen maakt de al aanwezige groep net aanstalten om te vertrekken. De eerste stop is uiteraard voor de groepsfoto, aan alles is gedacht ;). Volgens Dennie (de ‘hoofdorganisator’) zijn we met 61 mensen en het valt dan ook niet mee om iedereen een beetje fatsoenlijk in beeld te krijgen.

foto.jpg

Terwijl we een zijkanaal van de Chao Phraya oversteken stort de groep zich op de eerste bezienswaardigheden. Het arme visvrouwtje weet vast niet wat haar overkomt. Ik sta er ook wat lamgeslagen naar te kijken. Moet je je nu brutaalweg in het gewoel storten, moet je rustig je beurt afwachten en daarmee het risico lopen de rest van de groep kwijt te raken of moet je dit onderwerp maar helemaal vergeten? Zou het zo zijn als Cees Buddingh (Nederlands dichter en prozaïst) beweerde: ‘de meeste mensen die menen van schilderkunst (lees hier fotografie) te houden, houden alleen maar van plaatsjes kijken’ of doe ik daarmee de groep in haar geheel tekort? Ik merk in elk geval een zekere gêne bij mezelf en moet dat waarschijnlijk overwinnen, want de ‘onderwerpen’ zelf lijken er geen problemen mee te hebben.

_DSF1071-bewerkt-bewerkt.jpg

Een smal kronkelpaadje achter langs de huizen leidt ons verder naar Wat Thewarat Kunchorn Worawihan. Een hele mondvol voor een ‘third grade royal temple’, wat dat dan ook moge inhouden. Deze tempel is niet echt bekend en is volgens het internet ook amper de moeite waard om te bezoeken. Maar goed, dat is afgezet tegen de grote broers als Wat Pho en de tempel van het Koninklijk Paleis….. Hier geldt absoluut de regel van Johan Cruijff: ‘je gaat het pas zien als je het doorhebt!’

De groep waaiert voorzichtig uiteen. Je ziet duidelijk de verschillen tussen de ervaren rotten en de naïeve beginners. Iedereen wil in z’n hart graag de enige zijn die iets bijzonders opmerkt en vastlegt, maar dat is, volgens mij, naast het hebben van oog voor ook een beetje een kwestie van geluk en ervaring. Ik leer dat je de tijd moet nemen, rustig moet wandelen (heel handig in mijn situatie :)) en uiteraard je ogen goed de kost moet geven. Het zijn vaak de onverwachte invalshoeken, de net unieke val van het licht of juist net die ene blik of houding die een foto boven het maaigras doet uitsteken. Helaas doet deze tempel dat voor mij niet.

markt.jpg

Even verderop ligt de Thewet Market, ‘an authentic neighborhood wet market; pungent and colorful.’ Grotendeels overdekt is het overvol met stalletjes met verse groenten, talloze chili variëteiten, stukken rauw vlees die aan grote haken naar beneden bungelen en vooral veel nog levende vissen. Deze vissen leven nog (net) en er wordt bepaald niet zachtzinnig met hen omgegaan. Het is de bedoeling dat je zo’n vis (vaak een lange glibberige aal) kunt kopen om hem daarna weer vrij te laten in de rivier. Dus als je een klein beetje geluk nodig hebt………

InekeRiepko Krijthe42-Edit-bewerkt.jpg

Eén van de fotografen vertelt later dat de visverkoopster zijn Thaise vriendin had gevraagd een vis te kopen om vrij te laten tere ere van Visakha Bucha (belangrijke Boeddhistische feestdag waarop drie belangrijke gebeurtenissen in het leven van Boeddha plaatsvonden, namelijk de geboorte, de verlichting en het overlijden). De vriendin schudde, als antwoord, ontkennend haar hoofd, waarop de verkoopster de vis met een knuppel begon te slaan. Schaterend riep haar vriend tegen zijn buurman: ’fun morning’, die daarop meteen terugkwam met een laconiek: ‘now you will be reborn as a fish!’ Humor op de werkplaats!
Op de markt heb ik mijn (foto)slag geslagen! Vele foto’s, vele frustraties en uren van ‘post processing’ later zijn er toch een paar foto’s die (voorlopig) de moeite waard zijn als herinnering, als eerbetoon aan deze foto expeditie. Ik heb net gelezen dat je eerste 1000 foto’s (ben ik daar al) je slechtste foto’s zijn. Deze kun je na een paar maanden allemaal wel verwijderen, voordat je je echt gaat focussen op de ‘National Geographic postion you’ve always wanted.’ De droom van elke fotograaf? Hoe dan ook, zo’n ontdekkingstocht smaakt naar meer, dus zoals Dennie en zijn vrouw DK altijd roepen: ’lets keep going places together!!!’

 

BENJAKITI PARK

Een luie zondag vraagt op een gegeven moment om een beetje actie. Wat te denken van een korte wandeling naar het Benjakiti park? Volgens mijn compagnon hoeven we slechts  de loopbrug op en daarna is het één lange trip hoog boven de weg richting park. Heen en terug, voegt hij er grijnzend aan toe, is het maar (!) zes kilometer…… Voor mij een uitdaging, maar het moet te doen zijn, toch?  Ik bereid mij voor alsof ik de Mount Everest ga beklimmen of in elk geval een uitdaging van formaat moet aangaan. Sokken met dikke schoenen voorzien van goede profielzolen en een goede laag zonnebrand ondanks dat het al tegen het eind van de middag loopt, want de zon is fel en staat praktisch recht boven ons. Mijn maatje wandelt, als een sherpa om de vergelijking door te trekken (haha), in korte broek en sandalen relaxed naast mij. Verschil moet er zijn!

De eerste trap komt vlot in zicht en is redelijk makkelijk te bedwingen. Vanaf hier een makkie? Het asfalt onder onze voeten zindert en kaatst de warmte weer omhoog. Ondanks de schaduwplekken en de wind, die warm om ons heen waait en nauwelijks voor wat verkoeling zorgt, moet ik al bijna onmiddellijk mijn wandeltempo aanpassen. Met ruim 38 graden is het nog steeds erg warm! Dit gaat vast wat langer duren dan gepland :-D.

Mensen die aan weerskanten beneden langs de loopbrug wonen hebben heel slim grote lappen gespannen tussen brug en dak om wat schaduw en daarmee afkoeling in hun straat te creëren. Vast geen overbodige luxe, want zelfs de wind (en dat beetje verkoeling)  bereikt deze straat, zo ingeklemd tussen huizen en pilaren, praktisch niet.

De loopbrug is ingedeeld in een gedeelte voor wandelaars/lopers en een gedeelte voor fietsers. Je schijnt zelfs van ons park, het Lumpini park, over de brug naar het Benjakiti park te kunnen gaan zonder aan het drukke verkeer beneden deel te nemen. Sportief!

_DSF1032.jpg

Vergeleken met het Lumpini Park (het meest populaire park van Bangkok) is dit park een stuk stiller. Hier geen luide muziek met snel en druk bewegende aerobic instructeurs die de groep voor  zich proberen te inspireren. De nadruk ligt hier vooral op buitensport en dan met name fietsen. Er is een speciaal asfalt parcours rondom het meer, waar je als fietser niet gestoord wordt door wandelaars of enthousiaste joggers. Om de wandelaars tegemoet te komen is er een gedeelte vlak langs het meer voorzien van houten vlonders, waarop je kunt genieten van het meer, inclusief  ‘swane peddel boats, aan de ene kant en de bloemenweelde aan de andere kant. Hier is over nagedacht.

Maar ik loop op de zaken vooruit. We zijn er nog niet. Op de loopbrug doemt in de verte een volgende steile trappenpartij op. ‘Och ja, vergeten, ik geloof dat er nog een paar van zulke trappen in ons traject zitten’, klinkt het nonchalant naast mij. Deze tweede trap gaat al iets minder soepeltjes, de derde wordt steeds meer een martelgang en de vierde doet mij tenslotte de das om. We zijn daarmee weliswaar in het park aangekomen, maar ik heb geen tijd om de schoonheid ervan in me op te nemen. Mijn aandacht is vooralsnog geheel gefocust op het vinden van dat ene bankje in de buurt. Als het even kan voorzien van een beetje wind voor de broodnodige afkoeling. Het zweet loopt ondertussen in straaltjes over mijn lijf, het is tijd voor een momentje rust! Om me heen kijkend blijkt dat je in het park fietsen kunt huren, waar veelvuldig gebruik van wordt gemaakt. Sommigen proberen in recordtempo het meer rond te fietsen (ca 2 km), anderen nemen elke afleiding te baat om af te stappen. Op strategische plekken liggen mensen languit in het gras in de schaduw van een grote boom. Een boek ligt verloren in het groen, terwijl ze zichtbaar genieten van een (welverdiende) ’powernap’. Ik kan me er alles bij voorstellen :).

Riepko.Krijthe1-3 2.jpg

Aan de andere kant van het meer lokt een  restaurantje waar we een heel welkom sapje kunnen drinken. Terwijl we de laatste etappe van de (heen)reis overbruggen probeer ik met een fotografen-oog om me heen te kijken. Het park ligt als een groene oase temidden van ‘high rise’ hotels en kantoren. Het is ongeveer 21 ha groot en wordt gedomineerd door een groot meer in het midden. Zoals gezegd zijn er twee verschillende paden, opdat fietsers en joggers ongehinderd van elkaar hun sport kunnen beoefenen. Het valt me elke keer weer op hoeveel mensen hier gebruik van maken ondanks de ‘unrelenting evening heat’. Het park is in 2004 geopend ter ere van de 72e verjaardag van koningin Sirikit. De ontwikkeling was een onderdeel van het overheidsplan om de leefbaarheid van de stad te verbeteren door groene plekken te  creëren. Deze opzet lijkt me geslaagd.

Een heerlijk glaasje watermeloensap (echt een aanrader met die warmte) later voel ik mij sterk en fit genoeg om in ieder geval het meer te ronden. Op die manier kunnen we nog even genieten van het avondzonnetje en alle drukte om ons heen. Wonderlijk hoe mensen (Thai) enerzijds echt rekening houden met hun medemens, terwijl ze aan de andere kant luidkeels telefoon gesprekken voeren (luidspreker stand) of harde muziek uit hun telefoontje laten schallen om hun eigen activiteit te veraangenamen. Wat een ander daarvan denkt is minder belangrijk. De zwanen op het meer drijven schijnbaar lusteloos in het water en worden door de toenemende wind richting andere oever geblazen. De bestuurders gaan kennelijk zo in elkaar op dat ze niets in de gaten hebben. Dat wordt nog weer een hele toer om terug te komen!

Riepko.Krijthe1-4 2.jpg

Onze tocht was de moeite waard, maar qua afstand lag de lat voor mij te hoog vandaag. Eigenlijk zijn het de trappen, de warmte en mijn eerdere gedane zwemprestaties die me nekken. Met zachte dwang laat ik me dus heel gemakkelijk overhalen om de rest van de terugtocht per taxi af te leggen. Zoals een engelse professor zijn klas eens voorhield: ‘a woman without her man is nothing’. Grappig genoeg kan je dit op twee manieren interpreteren. ‘A woman, without her man, is nothing’ of ‘a woman, without her, man is nothing’. Ik weet welke voor mij van toepassing is, jij ook?

                     

EXTRA SPICY, EXTRA SEXY

‘There is no better way to learn authentic Thai cooking than taking an authentic cooking class in Thailand. An experience not to be missed!’ Die uitdaging gaan we aan!

We ontmoeten de kookgroep op de Or Tor Kor versmarkt, een markt waar de betere restaurants en hotels ook hun verse producten vandaan halen. Aangezien we (van opwinding :-D) veel te vroeg zijn hebben we uitgebreid de tijd om een kop koffie te drinken en de markt op ons gemak te verkennen. Absoluut de moeite waard!

_DSF0740

Om kwart over negen maken we kennis met Khun June, onze begeleidster van vandaag. Enthousiast sleept ze ons mee over de markt zodat we ‘the essentials’ van de Thaise keuken kunnen leren. Zo leren, voelen, ruiken we over galangal (Thaise gemberwortel), het verschil tussen ‘sweet basil’ en ‘Thai basil’, lemongrass, kafir lime (een soort limoentje) en kafir lime bladeren (limoenblad), het verschil tussen kokosnoot room en kokosnoot melk en last but not least de chillies. De hele grote rode chillies zijn als onze paprika’s, maar die kleintjes…….. ook wel bird’s eye chillies of Thai dragon peppers genoemd zijn heet!! Volgens June zijn ze “red (when ripened) like a dragon’s breath and their shape even looks like a dragon’s claw’. Met andere woorden berg je maar :). Chillies vallen trouwens onder de ‘aphrodisiacs’, vandaar dat June ons tevens de boodschap meegeeft dat ons eten wanneer extra spicy, ons beslist extra sexy zal maken.
We zullen het beleven…….

IMG_4877

Ons volgende leermoment is op de Baipai Thai cooking school. In de Thaise keuken is de combinatie zout, zoet, zuur, bitter en pittig belangrijk. June legt uit over en laat ons proeven van palmsuiker (vers versus houdbaar), ‘tamerind paste’ (de zure variant) en ‘fish sauce’ naast soja saus voor het zoutige etc. etc. Voor de Thai zelf zal het allemaal gesneden koek zijn, voor ons is het een stuk minder vanzelfsprekend allemaal. Je hoeft voor deze cursus gelukkig geen pro te zijn, maar getooid in een kookshort met een handdoek links naar beneden hangend en een receptenboek in de ‘buidel’ doen we, qua uiterlijk in elk geval, toch niet onder voor de echte chefs. We zijn er klaar voor.

IMG_0405

We beginnen met ‘Toong Tong’ (golden bags). Chef Noi houdt van aanpakken en gaat vliegensvlug van start. In no time zijn ook wij, als doorgewinterde deskundigen, druk bezig met het (fijn) snijden van knoflook, koriander wortel, ui en waterkastanjes. De buideltjes gekruid gehakt worden zorgvuldig dichtgeknoopt met een sprietje groen en verdwijnen in de hete olie. Golden brown? Beetje pruimensaus erbij en smullen maar! Wij kunnen koken!! ‘This is not a serious course, but it does have serious flavours’, zegt June genietend als ze onze enthousiaste kreten hoort.

IMG_4893

We zijn klaar voor de tweede ronde. ‘Tom Yum Goong’ of hot and sour prawn soup. We nemen weer plaats aan de lange houten tafels en kijken toe hoe chef Noi uitleg geeft terwijl ze ons tegelijkertijd demonstreert hoe de benodigde ingrediënten, gesneden, gestampt, gescheurd en bij elkaar gevoegd moeten worden. Alle benodigdheden staan keurig voor ons uitgestald en ook aan extra uitleg en begeleiding is er geen gebrek. Een kind kan de was doen!

Na elk getoonde onderdeel is het ‘tasting time’, voordat we zelf al onze voorbereide onderdelen bij elkaar kunnen voegen om er ons eigen lekkers van te maken. Chef Noi is een echte Thaise, dus ‘not spicy’ is een behoorlijk rekbaar bij haar. Toch is het ontegenzeggelijk waar dat haar gerechten stuk voor stuk een beetje heet maar vooral erg lekker zijn! De cursisten laten in hun bereiding een variatie zien van geen chillies tot maar liefst de volledige drie chillies. Het laat zich makkelijk raden aan welke kant van de schaal wij ons bevinden :).

June bereidt ons tijdens het smakelijk (zachtjes) slurpen van de soep al voor op onze volgende uitdaging. Span je spieren, staal je armen, want we gaan stampen. Geen groene curry pasta uit een zakje, maar vers gemaakt met vijzel en mortel. Het snijden van alle benodigdheden gaat geroutineerd, maar het vijzelen of stampen….. Wauw, hier kweek je inderdaad spieren mee. Net als ik denk dat ik al een heel eind op de goede weg ben, geeft een Thais meisje mij vriendelijk te kennen dat dit nog maar het begin is. Zij zal wel even laten zien hoe het werkelijk moet. Wat een kracht heeft zo’n spichtig ding. Ik probeer haar te evenaren, terwijl de groene curry spetters me bijna om de oren vliegen. Ik heb de handigheid duidelijk nog niet helemaal onder de knie.

Met de pasta min of meer klaar gaan we verder met de bereiding van ons hoofdgerecht: ‘Gang Keaw Waan Gai’ (green curry with chicken). Het lijkt een fluitje van een cent na ons gestamp van hiervoor. Op onze individuele kookstations staat voor iedereen een wokpan klaar. Nauwkeurig worden we in de gaten gehouden en met subtiele hand worden we, waar nodig, bijgestuurd. Koken doe je immers voor je plezier en het eindresultaat moet wel in de smaak vallen, nietwaar?

IMG_4900

Eenmaal klaar met de curry mogen we met ons kommetje naar boven, waar we in alle rust kunnen dineren. Beetje (jasmijn) rijst erbij en smullen maar.
Het hele Baipai team voegt zich glunderend bij ons, waarop Khun June ons met een grote grijns vertelt dat we allemaal geslaagd zijn. Als trofee krijgen we een eigen (werk) foto in een magneetlijstje mee, samen met het receptenboek van vandaag opdat we de dag niet zullen vergeten en nog vaak zullen genieten van alle heerlijkheden die een Thaise keuken kan bieden. Voldaan en tevreden kijken we elkaar aan, chefs onder elkaar!

ROCKET BOAT

Een tochtje in een supersnel bootje door smalle kanalen met opstuivend water rondom is toch wel de ultieme manier om het ‘innerlijke kind’ en het ‘geheim agent gevoel’ in onszelf volop naar boven te halen. Volgens de verhalen spreekt in zo’n situatie geen enkele boot meer tot de verbeelding dan de ‘James Bond’ boot (ofwel de raketboot). Zo genoemd na zijn ‘optreden’ in de James Bond film ‘The man with the golden gun’ uit 1974, welke (gedeeltelijk?) werd gefilmd in Thailand.

Op papier lijkt het een geweldige tocht, want zeg nou zelf, wie wil zich nu niet even 007 wanen en de held van de dag zijn? Het enige wat ons een beetje doet huiveren is dat het een vijf uur durende tocht is, maar goed we zullen vast niet vijf uur op topsnelheid door de khlongs gaan jagen, toch?

_DSF0533

We verzamelen ons in een kantoortje aan de rand van Bangkok’s Chinatown. Met ons gaan nog acht anderen het avontuur aan. We krijgen een gids en een assistent mee op reis en klokslag één uur gaan we op stap.
Eerst een korte wandeling door de achteraf straatjes van Chinatown richting de Chao Phraya rivier. We lopen af en toe haast bij de mensen door hun achtertuinen, hun ‘terrasjes’. Onverstoorbaar gaat het leven door, wij worden compleet genegeerd. Dit gebeurt dus kennelijk veel vaker! Onze eerste stop is bij een Chinese tempel. Het Chinese Nieuwjaar is net geweest. Overal zie je nog restanten van de feestelijkheden en vele Chinezen zijn deze week vrij om het jaar van de aap goed te beginnen. Voor het begin van dit nieuwe jaar zijn alle huizen grondig schoongemaakt, is het afval verbrand en hebben de mensen zich goed voorbereid op een nieuwe start. We zien langs de oevers van de rivier een grote verbrandingsoven staan waarin (nep) geld, (nep) i-pads, (nep) i-phones en andere nep kostbaarheden worden verbrand. Alles om geluk en voorspoed af te dwingen!

IMG_1726

Terug naar onze toer. We gaan aan boord van een Chao Phraya River Express Boat (een hele mondvol) die ons kalmpjes naar Nonthaburi, zo’n 20 km ten noorden van Bangkok, vaart. Nonthaburi maakte vroeger deel uit van het koninkrijk Ayutthaya. In 1943 werd het ingedeeld bij Bangkok, maar drie jaar later werd het een zelfstandige provincie. Vanwege de vruchtbare grond is het een belangrijke leverancier van bloemen en planten. Daar zien wij allemaal niets van. Wij stappen bij aankomst onmiddellijk over op een ‘longtail boat’ om de khlongs en het leven in en om de kleine kanalen van nabij te ervaren. We zien enkele noodles verkopende roeibootjes, maar verder is het rustig op het water. De mensen die hier wonen zijn helemaal aangewezen op transport en vervoer over en op het water. Of zou er aan de andere kant van al die huisjes op palen nog een soort weggetje lopen? Hoe dan ook, elk huisje heeft wel een bootje in de buurt, dus ik denk toch dat het water de grootste verkeersader is hier. De website laat weten dat we ‘hier teruggeworpen worden in de tijd. Een tijd waarin het (plattelands) leven eenvoudiger was, een tijd waarin alles minder gejaagd was….’ Vele smalle riviertjes en kanaaltjes kronkelen door deze laag liggende provincie en grote delen van Nonthaburi werden dan ook verwoest tijdens de overstromingen van 2011. Tegenwoordig is het merendeel van de provincie deze ramp te boven gekomen, maar groene, slijmerige waterstrepen op de muren herinneren nog aan deze natuurramp. Onze gids vertelt dat Nonthaburi tegenwoordig juist erg in trek is bij de Thailanders uit Bangkok. Het is er rustig, stukken goedkoper dan Bangkok zelf en de rivierboten zorgen voor een makkelijke verbinding tussen beide plaatsen.

IMG_1697

Na ongeveer een uur stoppen we onverwachts bij een tempel. In de veronderstelling dat we die tempel gaan bekijken stappen we vlotjes (nou ja, redelijk vlot) van boord. Bijna meteen krijgen we elk een zakje korreltjes in de handen gedrukt. Niet als een snackje voor ons, maar als een lekkernij voor de vissen alhier. Op de rivier mag overal gevist worden, behalve rondom de tempelcomplexen. Het doden van dieren komt niet overeen met de leer van Boeddha. Hier zijn de vissen niet eens zo groot, dus dit lijkt me geen reguliere voederplaats. Later in de middag zal dit tafereeltje zich herhalen bij het bootstation van Nonthaburi aan de Chao Phraya, waar we de vissen mogen voeren met heuse kadetjes. Ze lusten er wel pap van en dat is te zien ook!

IMG_1641

Langzaam komen de raketbootjes aangevaren. Er is slechts plaats voor twee personen in een bootje. De bootjes zijn laag en ik bedenk me wat verontrust dat het wel weer een hele toer zal worden om eruit te ‘klimmen’, laat staan op een elegante manier. Als insiders tip krijg ik het advies om straks op te gaan staan als een koe…..over gracieus gesproken :).
Als we allemaal op onze lage bankjes zitten, stuiven we vooruit. Wat een ervaring en wat gaat het snel!! Om ons heen klinkt gejoel en gelach vanuit elke boot. Iedereen lijkt op en top te genieten van zijn/haar ‘James Bond ervaring’. Mensen langs de kant flitsen aan ons voorbij. Volgens Riepko lijken we zelfs een taxi op de oever in te halen. Ik kan me niet voorstellen dat onze race erg plezierig is voor de mensen die hier wonen. Het lawaai en het onstuimige water moeten toch voor overlast zorgen, zou je denken. Toch zien we slechts vrolijke mensen met grijzende gezichten en zwaaiende handen. De tijd vliegt voorbij. Uiteraard gaan we niet aldoor op volle kracht vooruit. De vele bochten, de enorme velden waterhyacinten en de enkele andere kanaalgebruiker zorgen ervoor dat we af en toe onze vaart moeten verminderen, om meteen daarna weer vol gas achter elkaar aan te jagen. Ons bootje is nummer vijf in de rij, dus het idee van achtervolgen zit er wel degelijk in al heb je soms ook het gevoel dat je in je eentje op het water zit.

_DSF0544.jpg

Onderweg nog een snelle stop bij een lokale ‘floating market’, waar ter plekke diverse snacks voor ons worden gefabriceerd. “Not spicy”, horen we van alle begeleiders, maar ‘mai phet’ voor de Thai is duidelijk wat anders dan voor ons :). Wel een erg leuke ervaring om op te gaan in en mee te doen aan het leven van alledag!

IMG_1739

Ons eindpunt van het snelle avontuur is een grote tempel met ook weer een liggende Boeddha. Achter de tempel bevinden zich vele terracotta beelden (monniken) met een bedelnap en een (echte) bril op hun neus. De bedoeling werd ons niet helemaal duidelijk, maar zou het misschien een ludieke inzamelactie voor brillen kunnen zijn?
Van hieruit varen we met een longtail boot terug naar het drukke bootstation van Nonthaburi alwaar we met de ‘gewone’ bootdienst terug varen naar Chinatown. Al met al een geweldige ervaring, waar we nog lang over kunnen en zullen napraten.

 

COLORS OF THAILAND

Langzamerhand zijn de straten van Bangkok (en vast ook overal elders in het land) helemaal geel gekleurd, want geel is de kleur van de koning en hij verjaart vandaag! Koning Bhumibol is op maandag 5 december 1927 geboren en de kleur van de maandag is geel. Duidelijk toch?

Kleuren in Thailand zijn een serieuze zaak! Althans dat was het! Elke dag van de week heeft haar eigen kleur en dat zie je vandaag de dag vooral terug in de koninklijke vlaggen. Zoals gezegd is de koning op een maandag geboren, dus zijn vlag is geel. Datzelfde geldt voor kroonprins Maha Vajiralongkorn (28 juli 1952). Koningin Sirikit daarentegen is geboren op een vrijdag (12 augustus 1932), waarmee haar vlag lichtblauw is. De meest populaire prinses heeft een paarse vlag (zaterdag). De beide andere dochters, de oudste en de jongste, zijn beiden geboren op een donderdag (oranje), maar op de een of andere manier doen zij niet mee in het vlagvertoon op straat.

Er zijn nog wel Thai die rekening houden met de kleur van hun kleding afhankelijk van de dag van de week. Dit komt voort uit de nog steeds aanwezige animistische invloeden in het Boeddhisme. Het dragen van de juiste kleur op het juiste moment is van groot belang; het brengt geluk en kan van invloed zijn op je welbevinden. Als je op de ‘goede dag’ de juiste kleur draagt, loop je de kans op straat goedkeurend toegeknikt te worden of te worden aangesproken. 🙂 De kleur roze (dinsdag) heeft vooral invloed op iemands geestelijke en lichamelijke toestand. Daarom werd koning Bhumibol ooit een paar dagen langer in het ziekenhuis gehouden om pas op een dinsdag ontslagen te worden. Om het rijtje compleet te maken staan de kleuren rood en groen respectievelijk voor de zondag en de woensdag.

Je kunt je voorstellen dat het dragen van vooral rood en geel (zondag en maandag) een beetje uit de gratie is geraakt met de recentelijke politieke strijd tussen de roden en de gelen. Deze kleuren zijn beladen geworden, maar voor de koning wordt natuurlijk een uitzondering gemaakt. In Thailand is het, vooral vandaag, een koninklijke kleur en daarmee feestelijk, optimistisch en vrolijk.

Vandaag wordt dus de 88e verjaardag van Zijne Majesteit Koning Bhumibol Adulyadej de Grote (zoals de goede man officieel heet) gevierd. Bhumibol werd op 9 juni 1946 tot koning gekroond en werd daarmee de negende koning van de Chakri dynastie (Rama IX). Inmiddels is hij niet alleen de langst regerende vorst in Thailand, maar ook de langst zittende vorst ter wereld. De Thai eren hun koning, hij wordt gezien als de vader des vaderlands. Zijn verjaardag wordt aangegrepen om hem nog meer te eren dan ze normaal al doen. Deze dag staat daarom in het teken van het tonen van respect, genegenheid en trouw. Er worden vandaag ook vele religieuze rituelen uitgevoerd, maar daarvoor moet je in de oude stad zijn, denk ik. Het volk bidt om hun koning te zegenen met een goede gezondheid, geluk en de kracht om zijn verantwoordelijke taak uit te kunnen voeren. De koning kan alle wensen goed gebruiken, want zijn gezondheid laat de laatste jaren nogal wat te wensen over. Hij wordt nog maar weinig in het openbaar gezien en volgens de media ligt hij regelmatig in het ziekenhuis. Het geruchten circuit draait volop, maar er worden weinig officiële mededelingen gedaan. Op deze manier blijft de rust gewaarborgd, want de kroonprins wordt een stuk minder gerespecteerd dan zijn vader, als je het web en de kranten tenminste mag geloven.

Alle openbare gebouwen en veel huizen zijn uitbundig versierd met vlaggen, slingers, lampen en uiteraard een manshoog portret van de koning. Grappig is dat er soms ook oudere portretten van de koning worden gebruikt, of zijn die misschien blijven hangen uit voorgaande jaren? In elk geval geeft dat haast een beeld van het leven van de koning, althans van het verglijden van zijn jaren.
Grappig is het om te ontdekken dat kleuren in andere landen of andere culturen een andere betekenis kunnen hebben. In de westerse wereld is geel een heldere, positieve en vrolijke kleur, in Latijns Amerika staat de kleur geel voor rouw en dood en in Afrika schijnen alleen rijke en succesvolle mensen geel te mogen dragen.
Wat valt er dan te zeggen over het lichtblauw voor de vrijdag (Jelle & Wout!)? In het oosten is blauw over het algemeen een positieve kleur. In India symboliseert deze kleur vooral de goden, zoals Krishna, en is het de kleur van het eeuwige.
Het groen van Riepko en Soraya (woensdag) is in China een symbool voor nieuw leven, hoop en vruchtbaarheid. Tegelijkertijd is er ook een associatie met schaamte, want wanneer je een Chinese man een groene hoed geeft zeg je daarmee dat zijn vrouw hem bedriegt. In Saoedi Arabië staat groen voor welvaart en prestige! Mijn eigen kleur, oranje, staat voor betaalbaarheid, waar voor je geld (hahaha) en in oosterse landen vooral voor blijdschap en spiritualiteit.
Niet gek allemaal.