DE LAATSTE BEEK

Drenthepad: kaarten 28 & 29

De vorige keer zijn we wat verder doorgelopen, wat het volgens ons gemakkelijker moest maken voor het traject van vandaag. Helaas zorgt het juist meer voor verwarring, want van welke kant je ook komt, overal zie je de bekende geel/rode strepen en alles in de omgeving lijkt (al) bekend. Even logisch nadenken leidt tenslotte wel tot de goede afslag en de juiste route door een laatste staartje van het landgoed Vosbergen. We lopen dit keer zo’n twaalf km., de afstand van Vosbergen naar Midlaren, alwaar we deze keer naast onze fietsen proberen uit te komen.

Mooie spiegelingen

Ondertussen hebben we de Drents-Groninger Wolden achter ons gelaten en zijn we beland in ‘het unieke beeklandschap van de Drentsche Aa’, waar de stroompjes en diepjes van de Drentsche Aa door een landschap slingeren dat er nog altijd uitziet zoals een eeuw geleden. Er wordt zelfs gezegd dat de Drentsche Aa de laatste beek in Nederland is die al eeuwen vrij door het landschap meandert, maar……. de Drentsche Aa bestaat eigenlijk helemaal niet. Nou ja, een klein stukje in de provincie Groningen heet daadwerkelijk Drentsche Aa, maar in Drenthe heeft de beek de naam van het dichtstbijzijnde dorp of veld waar hij langskomt. Bovendien noemen ze in Drenthe een beek geen beek, maar een loop, diep, stroom of Aa, wat, mijns inziens, toch voor een beetje verwarring zorgt. Zeker als je je bedenkt dat het stroomdal van de Drentsche Aa gezien wordt als Drenthe op haar best!

Kaart Drentsche Aa (bron: internet)

Het hele stroomdal van de Drentsche Aa is grotendeels gevormd door smeltijs aan het eind van de voorlaatste ijstijd, zo’n 200.000 tot 130.000 jaar geleden. Grote gletsjers schoven vanuit Scandinavië over het noorden van Nederland en veranderden het landschap. Wat achter bleef was een groot plateau van keileem doorsneden door metersdiepe geulen vol smeltwater, waaronder de tegenwoordige Drentsche Aa. De Drentsche Aa heeft dus talloze zijtakken en vele namen. Grappig om te weten is dat het Hoornse Diep, dat langs het Paterswoldsemeer loopt, een restant van de beek is en dat in de stad Groningen straatnamen als Hoge der A, Lage der Aa, de A-Straat en de A-Weg, evenals de namen van de A-brug en de Der Aa-Kerk nog aan de beek herinneren.

Dit hele gebied is zo’n 30.000 ha groot, heeft binnen haar grenzen 21 dorpen en gehuchten en bestaat voor meer dan de helft uit landbouwgrond. Hierdoor was een nationaal park in traditionele zin, voornamelijk natuurgebied, geen optie. Zo ontstond een bijzonder nationaal park dat haar eigen sfeer en identiteit heeft kunnen behouden.

Wie kent dit nog?

We steken het Noord Willemskanaal over en vlak daarna de A28, de snelweg van Groningen richting Zwolle, in de buurt van Glimmermade. Even verderop passeren we de oprijlaan van het ‘Huis te Glimmen’. In de middeleeuwen is er al sprake van een kasteel in Glimmen dat in 1226 werd verwoest. Later werd hier een buitenhuis gebouwd. Delen van het huidige pand zouden uit de 16e eeuw stammen en op nog oudere fundamenten zijn gebouwd. In de loop der eeuwen is het huis door verschillende families bewoond geweest, meestal welgestelde burgers uit de stad Groningen die in de zomer graag hun tijd wilden doorbrengen in de mooie omgeving van Glimmen. Aan het eind van de 19e eeuw was het landgoed in bezit van de familie Quintus naar wie het Quintusbos, een parkbos met boomsingels en een lange oprijlaan, is genoemd. Huis te Glimmen is het enige landgoed, binnen het Nationaal Landschap, aan de oostzijde van de Drentsche Aa.

Verrassend kunstwerk onderweg

Onderweg zien we veel bloeiende bermen. Vooral veel fluitekruid, een enkele berenklauw en heel veel bramen. Hoewel we die laatste plant in onze eigen tuin een ware ramp vinden, zien we hier mogelijkheden voor eind augustus, wanneer de eerste bramen vol en zwart zijn. Eind augustus zijn we toch nog wel bezig met ons pad? Verder zien we ook veel springbalsemien. Die plant roept bij mij herinneringen op aan biologielessen op de middelbare school. Ik moest me verdiepen in de balsemien, de plant ontleden en elke stap in een gedetailleerde tekening vastleggen. Helaas zijn die kunstwerken niet bewaard gebleven…… De reuzenbalsemien of springbalsemien is een eenjarige plant die tot 2.5 meter hoog kan worden. Doordat de balsemien zo hoog wordt en andere planten verdrukt, wordt het beschouwd als een invasieve plant. De verspreiding van de zaden gebeurt op een bijzondere wijze. Als je de rijpe vrucht aanraakt ‘schieten‘ er zaden uit de zaaddoos. In het najaar is elke aanraking voldoende om de zaden alle kanten op te laten ‘vliegen’. Daar waar natuurbeheerders dus niet zo blij zijn met deze plant, zijn imkers er juist heel tevreden mee, want bij de balsemien is de nectar afgifte altijd raak.  

De springbalsemien trekt aandacht (RK)

Een andere plant die veelvuldig voorkomt langs ons wandelpad, kan schadelijk zijn voor de gezondheid……. het RIVM adviseert consumenten zelfs om kruidenpreparaten met sint-janskruid (daar gaat het in dit geval om) niet te combineren met bepaalde geneesmiddelen. Maar ook zonder geneesmiddelen is dit kruid niet ‘ongevaarlijk’. Zo kan de huid verbranden van mensen die na het gebruik van sint-janskruid in de zon gaan zitten of kunnen na inname klachten als duizeligheid, diarree en angst optreden. Waarom zou je zulke preparaten dan toch gebruiken? Om beter te slapen of om je minder somber te voelen bij depressieve klachten. Misschien toch iets anders verzinnen? 

Sint-Janskruid
Deels samen met het Pieterpad

We lopen inmiddels op de Pollselaan en zijn onderweg naar het Noordlaarderbos. Het Noordlaarderbos (Groningen) en de Vijftig Bunder (Drenthe) is een eeuwenoud gebied met een rijke historie. Ik lees dat ‘het Noordlaarderbos voelt als een sprookjesbos, waar de Middeleeuwse karrensporen herinneren aan de handelsroute tussen Coevorden en Groningen die hier ooit liep. De sporen lopen langs grafheuvels en het Galgenbergje, de plek waar vroeger mensen aan de galg bungelden. Je zou willen dat dit bos kon praten en zo haar verhalen kon vertellen.’ Wij zien weinig van dit sprookje. Onze tekentjes leiden ons vooral over grote zandpaden met slechts een enkele uitstapje naar ‘het magische binnen’. Desondanks genieten we volop van de stilte, de natuur en elkaar. We zijn nog niet klaar met deze ‘laatste beek’ en verheugen ons nu alweer op de verrassingen van morgen.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s