KIJK OP EZINGE

Ten noordwesten van de stad Groningen liggen de vroegere middeleeuwse eilanden Middag en Humsterland. Middag is een verbastering van ‘Midage’ of ‘mid oog’ wat middelste eiland betekent. Humsterland is afgeleid van ‘Hugumarchi’, ‘Hugmerki’, of iets wat daar op lijkt, wat staat voor woongebied (= marke) van de Hugas (een oude naam voor de Chauken, een Germaanse stam in Noord Duitsland). Het Humsterland laten we vandaag even voor wat het is, want wij gaan op verkenning rond de wierde Ezinge, het hoofddorp van het voormalige schiereiland Middag.

12.3Oude kaart Middag en Humsterland (bron: internet)

Hoe is dit landschap ontstaan? Al in de vroege Middeleeuwen ontstond de Lauwerszee door grote overstromingen vanuit de Waddenzee. Deze overstromingen hadden tot gevolg dat Humsterland een eiland en Middag een schiereiland werd in de monding van de Hunze, het tegenwoordige Reitdiep. Vervolgens slibden de geulen rond de ontstane eilanden langzaam weer dicht door de voortdurende aanvoer van sediment uit de Waddenzee. Vanaf de twaalfde eeuw werden deze eilanden dan ook bedijkt, waardoor beide eilanden weer verbonden werden met het vaste land en ze nu, in het huidige landschap, niet meer als eilanden herkenbaar zijn.

Riepko.Krijthe1-7Vaarsen (foto: IK)

Van oorsprong is dit een agrarisch landschap waarbij de nadruk op veeteelt lag. Landbouw was op de wierde maar beperkt mogelijk, want ’s winters stond alles regelmatig blank. Akkerbouw beperkte zich dan ook voornamelijk tot het ‘Hoogeland’ ten noorden van het Reitdiep. De naam verwijst naar de relatief hoge ligging van de grond door aanslibbing van de zee. Ook tegenwoordig wordt rond Ezinge nog voornamelijk vee gehouden. We zien overal onderweg grote weilanden vol vaarsen (jonge ‘eerste kalfskoeien’ van ca 1.5 jaar, die gedekt zijn maar nog geen tweede kalf hebben gekregen). Ze begroeten ons telkens enthousiast en weten van gekkigheid soms niet wat ze zullen doen om onze aandacht te trekken. Heel vermakelijk.

Riepko.Krijthe1-4Rode Klaver (foto: IK)

Volgens de route beschrijving lopen we niet rondom het dorp zelf, maar lopen we juist in een grote lus ten zuiden van het dorp door ‘één van de oudste in tact gebleven cultuurlandschappen van ons land’ waarin veel karakteristieke elementen bewaard zijn gebleven. ‘Het landschap is een collage van stokoude wierden, waterlopen, wegen, dijken, kavelpatronen en dijktracés’. Dat belooft wat! Dit landschap werd in 2007 aangewezen als (één van de twintig) Nederlandse Nationale Landschappen en het is ook nog eens voorgedragen voor de Werelderfgoedlijst van de UNESCO. Met andere woorden een bijzonder landschap, wat je optimaal moet waarderen en hoe kan dat beter dan met een wandeling die grotendeels dwars door de weilanden loopt.

Onze wandeling begint bij Museum Wierdenland. Hier kun je zien hoe het wierden landschap zich in de loop van de tijd heeft ontwikkeld. Dit gebied werd al bewoond vanaf 600 v. Chr. Door het stijgende zeewater werden de toenmalige bewoners min of meer gedwongen verhogingen in het land te maken, waardoor de zogenaamde huiswierde ontstond. Soms groeiden verschillende kleine huiswierden samen tot een dorpswierde zoals dat ook in Ezinge is gebeurd. We besluiten nu al dat we bij terugkomst toch ook even het dorp zelf in willen, tenslotte is Ezinge bekend vanwege de opgravingen die hier door de archeoloog Albert van Giffen zijn uitgevoerd. Hierover later meer.

Riepko.Krijthe1-8.jpgLangs de Zuiderweg (foto: RK)

Net buiten het dorp slaan we rechtsaf de Zuiderweg in. Deze historische weg is de oude route naar Aduard. Het bekende klooster in Aduard (Sint Bernardus abdij) werd in 1192 gesticht. Twaalf monniken onder leiding van abt Wybrandus vonden een verlaten wierde met de naam Adduwert (of Adewerd) en zagen daar ‘lichtende verschijnselen’, hetgeen voor hen voldoende aanwijzing was om op die plaats een klooster te vestigen. De monniken hebben de omgeving veel gebracht, want al snel na de stichting van dit klooster begonnen ze aan hun ‘strijd tegen het water’. Inpolderingen, bedijkingen, het plaatsen van sluizen om de ontwatering te bevorderen evenals het graven van sloten en kanalen zowel voor de scheepvaart als voor het opslaan van water werden grootscheeps aangepakt.

Om ons heen zien we de gevolgen van de harde storm die gisteren over heel Nederland en zeker ook over dit gebied heeft geraasd. Overal dikke afgebroken takken langs de weg en volop mensen aan het werk om deze takken en omgevallen bomen op te ruimen. 

Riepko.Krijthe1-6.jpgWierde in het landschap (foto: IK)

Een eindje verderop mogen we het land in, we gaan verder over het grasland van de familie Terpstra. Vanaf het land zien we de vele wierden om ons heen duidelijk liggen. Het doet je beseffen hoe het land hier langzamerhand tot ontwikkeling is gekomen. Regelmatig moeten we een slootje oversteken waar handig een paar planken overheen zijn gelegd met in het midden een betonnen paal. Om de koeien de oversteek te belemmeren? Deze kromme sloten zijn vroegere oude kreken, stille getuigen van het oude getijdenlandschap. De rechte sloten zijn pas gegraven na de bedijking in de 11e en 12e eeuw om een betere waterhuishouding in het gebied te regelen. Ze verbinden de oude kromme sloten met elkaar, waardoor er uiteindelijk vele kleine en onregelmatig gevormde kavels zijn ontstaan die zo kenmerkend zijn voor Middag-Humsterland. De monniken van Aduard hebben hier inderdaad een belangrijke rol gespeeld.

Riepko.Krijthe1-5.jpgPaardenbloempluis (foto: IK)

Behalve wierden en kromme sloten zijn ook dijken beeldbepalend voor dit gebied. De Oldijk is in de 12e eeuw aangelegd als een ringdijk om het schiereiland Middag. Tussen deze dijk en de tegenwoordige weg Saaksum-Den Ham (vroeger eveneens een dijk!) liep n.l vroeger een diepe zeearm tot voorbij Aduard. In de loop van de jaren daarna slibde dit water weer dicht en het (nieuwe) stuk land werd zelfs zo hoog dat het nu hoger ligt dan het vroegere land achter de dijk. Slechts een smalle sloot herinnert nog aan deze eens zo grote zeearm. Op oude kaarten is goed te zien hoe dit hele gebied in de tijd veranderd is.

Op de hoek van de Oldijk als je weer afslaat richting Ezinge staat ’t Verloatje’. Hier heeft een vroegere schutsluis (‘verloat’) gestaan, die tijdens de aanleg van het Oldehoofsch kanaal werd gebouwd (1826). Voor die tijd had het gebied zijn eigen waterpeil en eigen afwatering op het Reitdiep via het Saaksumerzijl. Na de aanleg van het Oldehoofsch kanaal kwam er een verbinding tussen het kleine Saaksumerzijlvest en het grote Aduarderzijlvest. Ter verduidelijking: een zijlvest is de Groningse voorloper van de huidige waterschappen. Door het peilverschil tussen beide zijlvesten bleek een extra sluis noodzakelijk. In 1877 werd het Reidtdiep bij Zoutkamp afgesloten van de zee en werd de sluis weer overbodig. Leuk dat al deze herinneringen bewaard zijn gebleven.

Riepko.Krijthe1-3.jpgGezicht op Ezinge (foto: IK)

Ondertussen komt Ezinge weer in beeld. Ezinge (Gronings: Aisen of Aizing) heeft een beschermd dorpsgezicht. Zoals eerder gezegd is Ezinge bekend vanwege de opgravingen die hier van 1923 tot 1934 zijn uitgevoerd onder leiding van Albert van Giffen. Albert Egges van Giffen (1884-1973) werd door de Drentse bevolking enigszins liefkozend ook wel ‘het Spittertien’ genoemd, aangezien hij destijds in heel Drenthe veel in de grond heeft gespit. Niet alleen in Drenthe, want met zijn opgravingen in Ezinge legde van Giffen als eerste de structuur van een dorp door de eeuwen heen in zijn geheel bloot. Hij ontwikkelde de zogenaamde ‘taartpuntmethode’, waarbij de plek van onderzoek in zowel verticale als horizontale sleuven wordt afgegraven. Op deze manier wordt een maximum aan gegevens verkregen met een minimale verstoring. De kerk met losstaande toren uit de 13e eeuw staat op de rand van de door van Giffen afgegraven wierde. Door de afgraving wordt de hoge ligging van de kerk op de wierde extra benadrukt, hetgeen goed te zien is vanaf de ‘ijsbaan’.

ezinge.jpgKerk van Ezinge (foto: RK)

Een grappig weetje is nog dat het eerste Nederlandstalige sprookjesboek uit Ezinge komt. Trijntje Soldaats werd in 1794 geboren als Katharina ( Trijntje) Alberts. Ze groeide op in de Torenstraat van Ezinge, waar haar vader een kuiperij had. In 1787 trouwde ze met Andries Cramer, een Duitse soldaat uit Hessen wat haar de naam Trijntje Soldaats opleverde. Lang verhaal kort…. Andries overleed en Trijntje keerde met haar twee kinderen terug naar Ezinge waar ze werk vond als naaister en kinderoppas bij de familie Arends in dezelfde Torenstraat. De huizen zijn nog te vinden in de straat! Onder het verstellen van kleding en gordijnen, vertelde ze kinderen verhalen. Tussen 1800 en 1804 schreef de destijds 11-jarige Gerrit Arend Arends de verhalen of ‘vertelsels’ van Trijntje in een schriftje. Vervolgens verscheen er in 1928 een boek met deze Trijntje Soldaats sprookjes door toedoen van de achter-achter-kleindochter van Arends nadat zij het schriftje tussen haar familiepapieren had gevonden.  

Riepko.Krijthe1-2Gevelsteen Torenstraat Ezinge (foto: IK)

Het dorp heeft veel om trots op te zijn. Wij hebben hiermee zeker een andere kijk op Ezinge gekregen.

3 gedachten over “KIJK OP EZINGE

  1. Mooi artikel / foto’s over ons dorp dat ik even op mijn Facebook deelde. Daar kwamen wat reacties op dat de foto waar rode klaver bijstaat bieslook betreft. Als je zoekt op internet en vergelijkt de stelen met elkaar dan klopt dat ook..

    Like

      1. Geen probleem hoor. Maar het is absoluut bieslook ben ik nu van overtuigd!

        Like

Plaats een reactie